Leider: Mirte
Verslag: Harah
Morgen begint het de laatste maand van het schooljaar!
Nog 21 dagen school!
Oooooooh dan gaan we elkaar moeten missen!
Joepieieieieieie omdat het vakantie is en we heel veel kunnen ravotten!
MARIEKE
Marieke: Ik heb weer een vrije tekst.
Toont de tekst.
De vlinders.
Er waren eens 2 babyvlinders.
Ze waren verdwaald.
Ze waren in een tuin terecht gekomen.
Een meisje liet de vlinders schrikken.
Marieke: En mijn mama is vandaag jarig en ik zou graag straks iets maken voor mijn mama haar verjaardag. Wij gaan straks ook voor mijn mama haar verjaardag naar mijn peteren en Karien (die zit hier op school). Daar gaan wij gaan eten voor haar verjaardag want mijn mama is het kindje van mijn peteren en mijn mama zal dat wel leuk vinden. Voor Hans zijn verjaardag gaan wij zaterdag naar Nederland. Dan mogen mijn papa en Hans op een slee aan honden gaan trekken. Die mogen daar dan opzitten. Wij mogen dan bij de kleine puppy's gaan zitten want dat is eigenlijk een kleine boerderij voor honden en daar zijn puppy's en daar mogen wij dan bij spelen.
LOTTE
Lotte: Ik heb een horloge gekregen van mijn mama. Moemoe had kleren bij en daar zat die horloge bij. Gisteren is haar bij mij gekomen en dat was superleuk.
Jesse: Nog 2 keer slapen en dan komt Zoë spelen.
Thor: Ik ga misschien op 3 juni naar Colin en Rune zijn verjaardagfeestje.
Colin: Mijn lentefeestje.
ELIAS
Elias: Mijn papa wordt 3 juni 41 jaar. We gaan een ijstaart kopen want hij wil graag een ijstaart. Ik weet welk cadeautje mijn papa graag wil.
Marijke: En dat is?
Elias: Dat de kindjes eens lief zijn want ze zijn meestal stout.
Marijke: Dus jij bent ook meestal stout.
Elias knikt bevestigend en begint een verhaal te vertellen over hoe stout hij wel kan zijn.
Marijke: Wie is er thuis stout?
De meesten steken hun handen op.
Thor: Ik ben eigenlijk gewoon een deugniet.
...
Iedereen heeft zo zijn eigen verhaaltje te vertellen maar... ook wel geheimpjes voor mama en papa. Hahaha en ik weet ze! Hihihi!
ER ZIJN TAL VAN MOOIE VERHALEN EN ... KINDEREN DIE WILLEN MAKEN ER EEN VRIJE TEKST OVER EN DEZE VERZAMELEN WE IN EEN BOEK 'HET STOUTE VLINDERBOEK'
THOR
Thor: Ik heb allemaal rivieren gezocht.
We lezen de hele lijst. Er zijn er wel al een aantal die we kennen.
WE GAAN DE RIVIEREN VAN BELGÎË AANDUIDEN OP EEN KAART. WE ZOEKEN OP DE COMPUTER EEN GROTE KAART VAN DE WERELD WAAR WE DE GROOTSTE RIVIEREN VAN DE WERELD OP KUNNEN AANDUIDEN.
LIAN
Lian: Ik heb allemaal mobielen mee van lego.
Ska: Mobielen? Mobielen is wel om mee te bellen, hé!
STRAKS ZOEKEN SKA EN LIAN NAAR HET WOORD MOBIEL IN HET WOORDENBOEK.
Lian: Die heeft maar 1 schieter. Die ook en die heeft 10 schieters en 11 schieters met deze erbij. Hier ben ik het pistool kwijt maar dat mocht niet. Die kan ook een verrekijker afschieten naar iemand. Als het regent.
Colin: Ik denk dat dat een verrekijker is.
Lian: Dat is ook een verrekijker. En dit hier is een Chinees. Die kan deze mobiel dragen en die kan dit mobieletje dragen.
JESSE
Jesse: ik heb mijn bananenpen mee die ik voor mijn verjaardag heb gekregen.
Mirte: Ik heb ook zo een pen maar wel in het roos.
Ska: waarom is dat een banaanpen? Dat is toch geen banaan.
Jesse: Ze noemen dat zo, hé!
Lotte: mijn broer Wannes heeft er ook zo één.
Thor: Ik heb zo één en ook een potlood.
Marijke: Kan je daar goed mee schrijven?
Jesse: Ja, daarom heb ik ze meegebracht.
Jesse demonstreert de pen. Hij mag hier mee schrijven in de klas.
donderdag 31 mei 2012
woensdag 30 mei 2012
KRING woensdag, 30 mei 2012
Leider: Ska
Verslag: Marieke
MIRTE
Mirte: Ik heb een Mickey Mouseboek bij. Daar staat de tower of terror in. Dat was die hoge toren.
Ska: Die is niet hoog.
Mirte: In het echt is die wel hoog. En ook nog een foto van Mickey Mouse.
Dat is het kaartje van Disneyland.
Dit vind ik het allerstomste dat ik gedaan heb.
Lotte: Waarom?
Mirte: Omdat dat zo snel ging. Ik kon bijna niet meer ademen. Ik heb ook nog een pen van Mickey Mouse.
Harah: Heb je dat in Disneyland gekregen.
Charlotte: Gekocht.
Mirte: En mijn broer heeft nog een tandenborstel van Toy Story,...
LOTTE
Lotte: Euhm... 'k ben daarnet met de fiets geweest en ik ben gevallen. Strakjes mag Harah mee met ons komen spelen. En dat is alles.
Jesse: Waar is dat pijntje eigenlijk?
Lotte: Ik ben gewoon gevallen.
Mirte: Ik heb jou gisteren gezien.
Lotte: Waar?
Mirte: Toen jij jouw huis binnen ging.
Lotte: Ah ja, mijn mama zei: Daar is kleine Mirte! Maar ik heb je niet gezien.
ZOË
Zoë: Ik heb eitjes mee voor Marijke van onze kippen.
Marijke: En die zijn voor mij?
Zoë: Ja, want we hadden er te veel.
Lotte: Wij delen dat soms ook uit want wij hebben er ook soms te veel.
Thor: Wij hebben 4 kippen en die leggen soms te veel eieren.
Jesse: Wij hebben eigenlijk 4 kippen. 3 gewone en een haan. Maar mijn mama verkoopt die.
Charlotte: Wij hadden vroeger ook kippen maar nu niet meer.
Zoë: Mijn mama is daarnet eieren gaan rapen ...
Marijke: Allez, dank u wel, hé! Mijn eitjes waren juist op thuis want ik heb dit weekend weer zo een taart moeten bakken en daardoor zijn al mijn eitjes op.
JESSE
Jesse: Ik heb een boekje mee. Mama heeft die gisteren gekocht in de Euroshop.
Mirte: Mag ik eens zien?
Jesse toont het boek.
Jesse: Ik zit al aan het laatste blad. Nu moet ik dit alleen nog lezen. En dat is alles.
MARIEKE
Marieke: Ik heb een vrije tekst.
Er was eens een elfje.
Dat elfje zorgde dat de zon opstond en de maan ging slapen en omgekeerd.
Ze sliep overdag en stond 's nachts op.
Op een morgen had ze net de zon laten opstaan en ging dan gaan slapen.
Marijke: Wat vonden jullie van de tekst van Marieke?
Iedereen geeft applaus en roept mooi, mooi, mooi.
SKA
Ska: Mijn mama is zwanger.
Marijke: Nee!
Ska: Jawel. We weten nog niet of het een jongen of een meisje is. We gaan kijken bij een dokter om te kijken of alles goed is met de baby. Als dat kindje er wordt uitgehaald dan is mijn stiefpapa voor een half jaar weg en dan kan die eventjes dat babytje niet zien. Want die heeft dat babytje nog in drie maand niet gezien.
Elias: Euhm... heeft uw mama een dikke buik?
Ska toont hoe dik de buik is.
Lotte: Die naam van die dokter noemt gyneacoloog want daar gaan wij ook naartoe voor de baby van mijn stiefmama.
Charlotte: Euhm... mijn tante die heeft ook nog een babytje gekregen.
Elias: Je mag dan eigenlijk niet op die buik springen want dan gaat die baby geplet worden...
Mirte: Ik wil graag een babytje krijgen. Ik wil niet van mijn eigen buik een kindje krijgen maar ik wil dat mijn mama nog een babytje krijgt.
Charlotte: Dat doet wel pijn, hé!
Zoë: Mijn mama haar vriendin die heeft ook een kindje in haar buik en die komt er ik weet het niet uit.
Verslag: Marieke
MIRTE
Mirte: Ik heb een Mickey Mouseboek bij. Daar staat de tower of terror in. Dat was die hoge toren.
Ska: Die is niet hoog.
Mirte: In het echt is die wel hoog. En ook nog een foto van Mickey Mouse.
Dat is het kaartje van Disneyland.
Dit vind ik het allerstomste dat ik gedaan heb.
Lotte: Waarom?
Mirte: Omdat dat zo snel ging. Ik kon bijna niet meer ademen. Ik heb ook nog een pen van Mickey Mouse.
Harah: Heb je dat in Disneyland gekregen.
Charlotte: Gekocht.
Mirte: En mijn broer heeft nog een tandenborstel van Toy Story,...
LOTTE
Lotte: Euhm... 'k ben daarnet met de fiets geweest en ik ben gevallen. Strakjes mag Harah mee met ons komen spelen. En dat is alles.
Jesse: Waar is dat pijntje eigenlijk?
Lotte: Ik ben gewoon gevallen.
Mirte: Ik heb jou gisteren gezien.
Lotte: Waar?
Mirte: Toen jij jouw huis binnen ging.
Lotte: Ah ja, mijn mama zei: Daar is kleine Mirte! Maar ik heb je niet gezien.
ZOË
Zoë: Ik heb eitjes mee voor Marijke van onze kippen.
Marijke: En die zijn voor mij?
Zoë: Ja, want we hadden er te veel.
Lotte: Wij delen dat soms ook uit want wij hebben er ook soms te veel.
Thor: Wij hebben 4 kippen en die leggen soms te veel eieren.
Jesse: Wij hebben eigenlijk 4 kippen. 3 gewone en een haan. Maar mijn mama verkoopt die.
Charlotte: Wij hadden vroeger ook kippen maar nu niet meer.
Zoë: Mijn mama is daarnet eieren gaan rapen ...
Marijke: Allez, dank u wel, hé! Mijn eitjes waren juist op thuis want ik heb dit weekend weer zo een taart moeten bakken en daardoor zijn al mijn eitjes op.
JESSE
Jesse: Ik heb een boekje mee. Mama heeft die gisteren gekocht in de Euroshop.
Mirte: Mag ik eens zien?
Jesse toont het boek.
Jesse: Ik zit al aan het laatste blad. Nu moet ik dit alleen nog lezen. En dat is alles.
MARIEKE
Marieke: Ik heb een vrije tekst.
Er was eens een elfje.
Dat elfje zorgde dat de zon opstond en de maan ging slapen en omgekeerd.
Ze sliep overdag en stond 's nachts op.
Op een morgen had ze net de zon laten opstaan en ging dan gaan slapen.
Marijke: Wat vonden jullie van de tekst van Marieke?
Iedereen geeft applaus en roept mooi, mooi, mooi.
SKA
Ska: Mijn mama is zwanger.
Marijke: Nee!
Ska: Jawel. We weten nog niet of het een jongen of een meisje is. We gaan kijken bij een dokter om te kijken of alles goed is met de baby. Als dat kindje er wordt uitgehaald dan is mijn stiefpapa voor een half jaar weg en dan kan die eventjes dat babytje niet zien. Want die heeft dat babytje nog in drie maand niet gezien.
Elias: Euhm... heeft uw mama een dikke buik?
Ska toont hoe dik de buik is.
Lotte: Die naam van die dokter noemt gyneacoloog want daar gaan wij ook naartoe voor de baby van mijn stiefmama.
Charlotte: Euhm... mijn tante die heeft ook nog een babytje gekregen.
Elias: Je mag dan eigenlijk niet op die buik springen want dan gaat die baby geplet worden...
Mirte: Ik wil graag een babytje krijgen. Ik wil niet van mijn eigen buik een kindje krijgen maar ik wil dat mijn mama nog een babytje krijgt.
Charlotte: Dat doet wel pijn, hé!
Zoë: Mijn mama haar vriendin die heeft ook een kindje in haar buik en die komt er ik weet het niet uit.
dinsdag 29 mei 2012
KRING dinsdag, 29 mei 2012
BESTE LEZERS,
AF EN TOE ZAL JE ... ZIEN STAAN. DAT WIL NIET ZEGGEN DAT HET NIET INTERESSANT WAS MAAR MIJN VINGERS KONDEN HET GESPREK SOMS NIET HELEMAAL VOLGEN. MIJN EXCUSES HIERVOOR.
Leider: Elias
Verslag: Zoë
JESSE
Jesse: Ik heb gisteren een fietstocht samen met mama, papa en mijn broer. Ik ben met de boot over de Schelde geweest. Op het fietspad ben ik gevallen.
WE KIJKEN OP DE KAART WAAR JESSE OVER HET WATER IS GEVAREN EN MERKEN DAT HET EIGENLIJK DE DURME IS EN NIET DE SCHELDE. THOR EN JESSE MAKEN EEN TEKENING ZODAT WE KUNNEN ONTHOUDEN WAT HET IS. WE MAKEN OOK NOG EEN WANDELING TOT AAN DE MONDING WAAR DE DURME IN DE SCHELDE GAAT. DE KINDEREN STIPPELEN ZELF DE WEG NAAR DE DURME AAN OP DE KAART VAN TEMSE.
JITSE
Jitse: Ik ben naar het feestje van Nila geweest op De Ster. We hebben watergevecht gedaan.
Colin: Toen jij bij ons kwam spelen zijn wij ook naar De Ster gegaan.
Harah: Ik ben ook op dat feestje geweest.
Jitse: Ik ben nog naar de McDonalds geweest. Ik ben niet met iedereen op het feestje daar naartoe geweest.
Jesse: Er zit een vlieg binnen.
COLIN
Colin: Euhm... ik ben bij mijn moemoe 2 keer blijven slapen en Lucca woont daar niet zo ver van. Ik ben daar naartoe geweest omdat die niet zo ver van moemoe woont. Wij hebben 2 wegen daarvan. Een lange en een korte. Dat zijn 2 wegen naar Lucca.
Mijn tand is uitgevallen. Uitgetrokken eigenlijk omdat dat ambetant was. Dat is alles. En 't is bijna mijn lentefeest.
Jesse: Zondag.
Colin: Niet deze maar de volgende. Het staat op het kaartje.
MIRTE
Mirte: Ik heb fluitje mee. Ik was naar Disneyland geweest en ik was in de rappe lift geweest.
Elias: Wat is dat?
Mirte: Dat is een lift die keisnel gaat. Dat is het snelste en het hoogste van heel Disneyland. En toen ik daar in zat ging dat eerst naar omhoog en dat zakte weer en zakte weer en zakte weer. Dan weer omhoog en dan zag ik heel Disneyland. En dan zakte ik en zakte ik en zakte ik en dan viel ik naar beneden. Daarna ging het weer helemaal naar omhoog en dan zag ik spoken en dan zakte ik en zakte ik en zakte ik weer naar beneden.
Ik weet dat Mickey Mouse het oudste figuur dat er van Disneyfiguren bestaat?
Marijke: Hoe oud is die dan?
Mirte: Die bestaat al keilang. Dat is de oudste.
Ik ben naar een show van auto's en brommers geweest en er stond een man in brand maar die had een pak met 5 lagen aan. Ik moest heel de tijd naar de bus om naar Disneyland te geraken. Dat was een bus van mijn hotel die naar Disneyland gaat.
Marijke: Met wie ben je dan geweest?
Mirte: Met mijn vriend Kian en een vriendin van mijn mama en een vriend van mijn mama.
...
Charlotte: Ik ga volgende keer of nog langer ook naar Disneyland.
Mirte: Ik was daar 2 keer gaan slapen. Ik heb gisteren geBBQ.
Jesse: Ik was gisteren ook gaan BBQen.
Mirte: We hebben waterpret gehad. Mijn papa heeft overal blazen. Op zijn rug heeft hij een grote blaas.
Marijke: Dan heeft hij teveel in de zon gelegen.
Mirte: Ik vind dat vies.
Ik moet naar de dokter voor mijn exzeem.
...
MIRTE, ABI EN SKA TEKENEN MICKEY MOUSE EN WE HANGEN HEM AAN DE TIJDSLIJN.
SKA
Ska: Ik heb gisteren op het hek geklommen en daar ben ik afgevallen en daar stond een stok en ik ben met mijn voet op die stok gekomen. Mijn rug doet ook pijn want ik ben met mijn rug in de struik gevallen en daar stonden allemaal stokken. Dat moest allemaal ontsmet worden en daarna moesten we een ijsje eten.
Ik heb ook het zwembad gezet en ik ben daar ingesprongen en dan heb ik één keer, mijn broer is daar één keer op de rand gegleden en die is met zijn voet...
Thor: Ik heb ook mijn zwembad gezet en wij loopten superhard en ik ging met mijn knie op de rand en ik gleed en ik vloog dan in het zwembad.
Jesse: Ik heb ook mijn zwembad opgezet en mijn zwembad is al kapot omdat mijn broer op de rand is gaan zitten. De lucht is er dan helemaal uitgegaan.
...
Ska: Dan moet je zeggen dat uw broer niet meer in het zwembad mag.
Ik heb ook geBBQ want mijn stiefpapa gaat voor 6 maand naar Afghanistan. Die moet daar oorlog voeren. Er zijn arme mensen daar en die moet die helpen.
Jesse: Wat als uw stiefpapa dood gaat?
Ska: stilte... Dan komt die niet meer terug, hé
CHARLOTTE
Charlotte: Ik heb mijn boekenworm mee en de titel is 'Van de ezel die bleef staan'.
Marijke: Ga je hem zelf voorlezen?
Charlotte leest voor. Telkens als ze gedaan heeft met het blad te lezen laat ze de tekeningen zien aan de kinderen.
WE SPREKEN AF WAT WE GAAN MAKEN BIJ HET BOEK. WE MAKEN EEN EZELTJE PRIKJE. CHARLOTTE, ELIAS, ARTHUUR EN HARAH MAKEN DE EZEL EN ZIJN STAART.
THOR
Thor: Ik heb een straaljager gemaakt, een tekening.
Ska: Die heeft een bek, dat is een vogel.
Mirte: Ik vind dat wel mooi getekend.
Jitse: Wat zijn dat?
Thor: Bommen.
Ska: 3 aan één kant.
Arthuur: 6 dus.
ELIAS
Elias: Euhm... gisteren en eergisteren en eereergisteren ben ik in een zwembad geweest bij mij thuis. Dat is zo een zwembad met een regenboog en daar is een douche. Wij hebben daar met de boten in gevaren en wij hebben het diepste en het kleinste. Oliver en ik hadden het diepste en kleinste en Jade en Luiz hadden groot en niet diep. ...
Luiz en Jade hebben een zonneslag. Luiz heeft dat vanachter aan zijn rug en Jade heeft dat ook op haar rug. Ik liep op het terras en dat was warm en zij liepen er op en zij konden daar wel tegen.
Mirte: Mijn peter heeft 2 zwembaden en 2 brubbelbaden. En het buitenzwembad is het grootste en het binnenzwembad is iets kleiner.
AF EN TOE ZAL JE ... ZIEN STAAN. DAT WIL NIET ZEGGEN DAT HET NIET INTERESSANT WAS MAAR MIJN VINGERS KONDEN HET GESPREK SOMS NIET HELEMAAL VOLGEN. MIJN EXCUSES HIERVOOR.
Leider: Elias
Verslag: Zoë
JESSE
Jesse: Ik heb gisteren een fietstocht samen met mama, papa en mijn broer. Ik ben met de boot over de Schelde geweest. Op het fietspad ben ik gevallen.
WE KIJKEN OP DE KAART WAAR JESSE OVER HET WATER IS GEVAREN EN MERKEN DAT HET EIGENLIJK DE DURME IS EN NIET DE SCHELDE. THOR EN JESSE MAKEN EEN TEKENING ZODAT WE KUNNEN ONTHOUDEN WAT HET IS. WE MAKEN OOK NOG EEN WANDELING TOT AAN DE MONDING WAAR DE DURME IN DE SCHELDE GAAT. DE KINDEREN STIPPELEN ZELF DE WEG NAAR DE DURME AAN OP DE KAART VAN TEMSE.
JITSE
Jitse: Ik ben naar het feestje van Nila geweest op De Ster. We hebben watergevecht gedaan.
Colin: Toen jij bij ons kwam spelen zijn wij ook naar De Ster gegaan.
Harah: Ik ben ook op dat feestje geweest.
Jitse: Ik ben nog naar de McDonalds geweest. Ik ben niet met iedereen op het feestje daar naartoe geweest.
Jesse: Er zit een vlieg binnen.
COLIN
Colin: Euhm... ik ben bij mijn moemoe 2 keer blijven slapen en Lucca woont daar niet zo ver van. Ik ben daar naartoe geweest omdat die niet zo ver van moemoe woont. Wij hebben 2 wegen daarvan. Een lange en een korte. Dat zijn 2 wegen naar Lucca.
Mijn tand is uitgevallen. Uitgetrokken eigenlijk omdat dat ambetant was. Dat is alles. En 't is bijna mijn lentefeest.
Jesse: Zondag.
Colin: Niet deze maar de volgende. Het staat op het kaartje.
MIRTE
Mirte: Ik heb fluitje mee. Ik was naar Disneyland geweest en ik was in de rappe lift geweest.
Elias: Wat is dat?
Mirte: Dat is een lift die keisnel gaat. Dat is het snelste en het hoogste van heel Disneyland. En toen ik daar in zat ging dat eerst naar omhoog en dat zakte weer en zakte weer en zakte weer. Dan weer omhoog en dan zag ik heel Disneyland. En dan zakte ik en zakte ik en zakte ik en dan viel ik naar beneden. Daarna ging het weer helemaal naar omhoog en dan zag ik spoken en dan zakte ik en zakte ik en zakte ik weer naar beneden.
Ik weet dat Mickey Mouse het oudste figuur dat er van Disneyfiguren bestaat?
Marijke: Hoe oud is die dan?
Mirte: Die bestaat al keilang. Dat is de oudste.
Ik ben naar een show van auto's en brommers geweest en er stond een man in brand maar die had een pak met 5 lagen aan. Ik moest heel de tijd naar de bus om naar Disneyland te geraken. Dat was een bus van mijn hotel die naar Disneyland gaat.
Marijke: Met wie ben je dan geweest?
Mirte: Met mijn vriend Kian en een vriendin van mijn mama en een vriend van mijn mama.
...
Charlotte: Ik ga volgende keer of nog langer ook naar Disneyland.
Mirte: Ik was daar 2 keer gaan slapen. Ik heb gisteren geBBQ.
Jesse: Ik was gisteren ook gaan BBQen.
Mirte: We hebben waterpret gehad. Mijn papa heeft overal blazen. Op zijn rug heeft hij een grote blaas.
Marijke: Dan heeft hij teveel in de zon gelegen.
Mirte: Ik vind dat vies.
Ik moet naar de dokter voor mijn exzeem.
...
MIRTE, ABI EN SKA TEKENEN MICKEY MOUSE EN WE HANGEN HEM AAN DE TIJDSLIJN.
SKA
Ska: Ik heb gisteren op het hek geklommen en daar ben ik afgevallen en daar stond een stok en ik ben met mijn voet op die stok gekomen. Mijn rug doet ook pijn want ik ben met mijn rug in de struik gevallen en daar stonden allemaal stokken. Dat moest allemaal ontsmet worden en daarna moesten we een ijsje eten.
Ik heb ook het zwembad gezet en ik ben daar ingesprongen en dan heb ik één keer, mijn broer is daar één keer op de rand gegleden en die is met zijn voet...
Thor: Ik heb ook mijn zwembad gezet en wij loopten superhard en ik ging met mijn knie op de rand en ik gleed en ik vloog dan in het zwembad.
Jesse: Ik heb ook mijn zwembad opgezet en mijn zwembad is al kapot omdat mijn broer op de rand is gaan zitten. De lucht is er dan helemaal uitgegaan.
...
Ska: Dan moet je zeggen dat uw broer niet meer in het zwembad mag.
Ik heb ook geBBQ want mijn stiefpapa gaat voor 6 maand naar Afghanistan. Die moet daar oorlog voeren. Er zijn arme mensen daar en die moet die helpen.
Jesse: Wat als uw stiefpapa dood gaat?
Ska: stilte... Dan komt die niet meer terug, hé
CHARLOTTE
Charlotte: Ik heb mijn boekenworm mee en de titel is 'Van de ezel die bleef staan'.
Marijke: Ga je hem zelf voorlezen?
Charlotte leest voor. Telkens als ze gedaan heeft met het blad te lezen laat ze de tekeningen zien aan de kinderen.
WE SPREKEN AF WAT WE GAAN MAKEN BIJ HET BOEK. WE MAKEN EEN EZELTJE PRIKJE. CHARLOTTE, ELIAS, ARTHUUR EN HARAH MAKEN DE EZEL EN ZIJN STAART.
THOR
Thor: Ik heb een straaljager gemaakt, een tekening.
Ska: Die heeft een bek, dat is een vogel.
Mirte: Ik vind dat wel mooi getekend.
Jitse: Wat zijn dat?
Thor: Bommen.
Ska: 3 aan één kant.
Arthuur: 6 dus.
ELIAS
Elias: Euhm... gisteren en eergisteren en eereergisteren ben ik in een zwembad geweest bij mij thuis. Dat is zo een zwembad met een regenboog en daar is een douche. Wij hebben daar met de boten in gevaren en wij hebben het diepste en het kleinste. Oliver en ik hadden het diepste en kleinste en Jade en Luiz hadden groot en niet diep. ...
Luiz en Jade hebben een zonneslag. Luiz heeft dat vanachter aan zijn rug en Jade heeft dat ook op haar rug. Ik liep op het terras en dat was warm en zij liepen er op en zij konden daar wel tegen.
Mirte: Mijn peter heeft 2 zwembaden en 2 brubbelbaden. En het buitenzwembad is het grootste en het binnenzwembad is iets kleiner.
vrijdag 25 mei 2012
Week 39
Deze week
was een hectische week. We hadden wel wat testjes te doen. Zo gingen alle
kinderen bij Hylke voor de AVI’s te bepalen. Vroeger had elk boek een AVI nu is
dit een beetje anders. Dat kan je zien in het tabelletje hiernaast.
Jouw kind
leest best boekjes van ………………………………………………………………
Op dit
leesniveau mag je altijd oefenen. Probeer toch regelmatig te lezen want… rust roest,
hé!
Verder waren
er nog de spellingstest en een rekentest. Hier en daar zijn er nog kleine
dingen die we moeten bijwerken. Op deze manier kan ik ook als begeleider een
beeld krijgen of alle leerstof voldoende verworven is en kan ik mijn werking
bijschaven waar nodig is. Vanaf volgende week beginnen we met zeer veel individuele
instructies om bepaalde dingetjes nog eens te herhalen en te verbeteren.
We zijn deze
week ook bezig geweest met de potjes en doosjes waar we nog steeds geen
antwoord hebben op onze vraag. Kent er misschien iemand een potjes en
doosjesspecialist? ;) De Ardennen werden gezocht, heel wat vrije teksten werden
afgewerkt, 2 boekenwormen kwamen aan bod, muziek maken op de harp van Elias,
een toren bouwen zoals de hoogste toren uit het nieuwsbericht van Abi,…
Enfin, weer
een hele berg werk hebben we verzet! Volgende week meer dus…
Wie stukjes
leer of zoiets heeft mag dit meegeven want we willen kleine steenzakjes maken
zoals Colin.
Maandag is
er geen school!
Probeer alle
turnzakken mee te geven want dit is veelal niet in orde voor de hele groep.
Volgende
week doen we ook nog even verder over de stamboom en… ’t wordt weer lekker druk
dus.
Op donderdag
was er de doorschuif. De zonnestraaltjes kwamen bij ons als 1ste
leerjaar even proberen. Het 1ste leerjaar werd 2de
leerjaar en de kinderen van het 2de leerjaar die gingen plots
uitfladderen naar de cactussen. Pffffffff… het einde van het schooljaar komt nu
wel al heel snel dichtbij.
Zo, volgende
week zijn we er weer met meer en hopelijk ook met goed weer. ;) Ne mens wordt
er vrolijk van, hé!
|
AVI
nieuw
|
AVI oud
|
leerjaar
|
|
Start
|
1
|
1
|
|
M3
|
1-2
|
1
|
|
E3
|
2-3
|
1
|
|
M4
|
3-4-5
|
2
|
|
E4
|
4-5-6
|
2
|
|
M5
|
5-6
|
2-3
|
|
E5
|
6-7-8
|
3
|
|
M6
|
7-8-9
|
4
|
|
E6
|
8-9
|
4
|
|
M7
|
8-9>9
|
4
|
|
E7
|
>9
|
4-5
|
|
plus
|
>9
|
5
|
KRING vrijdag, 25 mei 2012
DEZE VOORMIDDAG HADDEN WE GEEN KRING MAAR... REDEN TE MEER OM ER NU WEL EENTJE TE HOUDEN.
DE KIDS HEBBEN EEN GESTANDARISEERDE TEST GEDAAN EN DAARNA WAS HET AL ZWEMMEN DUS... HIER KOMT HET VERSLAG.
HET WAS BREVETZWEMMEN EN... DE VOLGENDE KINDEREN BEHAALDEN HUN BREVET.
Lore: 50m
Charlotte: 25 m
Elias: 100m
Arthuur: 100m
Ska: 100m
Nen dikke proficiat!
JESSE
Jesse: Zoë komt woensdag bij mijn spelen. Dat is alles.
Thor: Ge hebt al een nieuwe vriendin.
Jesse: We gaan ook echte soep maken.
JITSE
Jitse: Ik heb woordjes geschreven met mijn klikklakboekje.
gif, maag, hej, hooi, fop, hier, hees, heet, paf, gaap, oef, kok, pief, kot, kam, ken, kus, kaas, kaal, gaaf
Jitse: maar ik ben niet kaal, hé
Marijke: Wie dan wel?
Ze beginnen weer te lachen.
Jitse: ik heb mijn stamboom ook klaar.
ZOE
Zoë: ik ben gisteren met de fiets gaan rijden en ik ben gevallen met de fiets.
Jesse: deed dat pijn.
Zoë: en mijn mama is snel naar huis gereden en is mij komen halen met de auto. Ik heb mijn knie meegenomen om te tonen.
Marieke: Ik ben ook al eens gevallen van de fiets van toen ik nog bij mam en Hans woonde en met de fiets naar school kwam.
Harah: Gisteren heb ik u gezien met de fiets.
Zoë: ah ja en ik heb Lotte ook gezien.
Jesse: ik heb u gisteren ook gezien.
Ska: mijn ketting is ook al eens van mijn fiets gevallen.
Lian: Ik ben al eens op het kantje van de gracht gevallen.
Arthuur: Ik ben ook al eens gevallen en mijn tand zat bijna door mijn lip.
Jitse: Was jij aan het wenen?
Zoë: een beetje, niet veel.
Elias: Mijn papa is al eens gevallen omdat er een meisje met één hand reed en dat meisje viel op papa en mijn papa had toen zijn hand gebroken.
Harah: Mijn papa is eens met zijn fiets gaan rijden en die had natte voeten en die duwde op de verkeerde pedaal en die is tegen mijn papa gereden.
Lotte: Had die auto natte voeten?
Harah: Nee, die meneer had natte voeten.
Zoë: Mijn mama heeft dan een doekje er op gedaan en dat was een beetje zo aan het plakken op mijn vel en er was veel bloed.
COLIN
Colin: Ik kon mijn stamboom niet afmaken omdat ik mijn haar wou knippen en dat duurde keilang en daardoor kon ik mijn stamboom niet afmaken. Ik heb ook nog iets te tonen. Mijn lievelingssteentje.
Harah: Mijn mama heeft ook zo een zakje met stenen in.
Colin: Ik heb er nog 1 of 2 hier van.
Lotte: Nick, da's mijn broer, die heeft ook zo een zakje maar in het rood.
Marijke: Dat kan je zelf maken zo een zakje.
WE SPREKEN AF OM IN DE KLAS ZO EEN ZAKJE TE MAKEN. DAARVOOR HEBBEN WE STUKJES LEER NODIG.
ARTHUUR
Arthuur: Ik heb een onderzoek maar ik zie het niet liggen.
Lian: Welk?
Arthuur: Van de Ardennen.
Lian: Ah dat samen met mij.
Marijke geeft ondertussen het onderzoek door.
Arthuur toont waar de Ardennen liggen en waar wij nu zijn.
WE HOUDEN EEN GESPREK OVER DE WINDRICHTINGEN EN PROBEREN DE ARDENNEN TE ORIENTEREN VANUIT ONZE KLAS.
LOTTE
Lotte: Ah, ik heb gisteren een modderbadje voor mijn voetje gemaakt met Wannes. het was een modderbadje waar we elk één voet in konden doen. Daarna hebben wij gras in onze buitensloefen gedaan. Wannes is dan op dat gras gaan staan en dat plakte in zijn sloefen door de modder. Morgen ga ik naar Stan maar ik weet niet weer waarvoor.
THOR
Thor: Ik heb uit een boek allemaal dingetjes gemaakt van Technopolis.
Thor: Dit (toont figuurtjes)
Elias: Wat is dat?
Thor: Monstertjes.
Thor toont alle figuurtjes die hij gemaakt heeft.
Marijke: Waarvoor dienen die figuurtjes voor?
Thor: Ik weet het niet.
Lotte: Voor poppenkast te spelen.
DE KIDS HEBBEN EEN GESTANDARISEERDE TEST GEDAAN EN DAARNA WAS HET AL ZWEMMEN DUS... HIER KOMT HET VERSLAG.
HET WAS BREVETZWEMMEN EN... DE VOLGENDE KINDEREN BEHAALDEN HUN BREVET.
Lore: 50m
Charlotte: 25 m
Elias: 100m
Arthuur: 100m
Ska: 100m
Nen dikke proficiat!
JESSE
Jesse: Zoë komt woensdag bij mijn spelen. Dat is alles.
Thor: Ge hebt al een nieuwe vriendin.
Jesse: We gaan ook echte soep maken.
JITSE
Jitse: Ik heb woordjes geschreven met mijn klikklakboekje.
gif, maag, hej, hooi, fop, hier, hees, heet, paf, gaap, oef, kok, pief, kot, kam, ken, kus, kaas, kaal, gaaf
Jitse: maar ik ben niet kaal, hé
Marijke: Wie dan wel?
Ze beginnen weer te lachen.
Jitse: ik heb mijn stamboom ook klaar.
ZOE
Zoë: ik ben gisteren met de fiets gaan rijden en ik ben gevallen met de fiets.
Jesse: deed dat pijn.
Zoë: en mijn mama is snel naar huis gereden en is mij komen halen met de auto. Ik heb mijn knie meegenomen om te tonen.
Marieke: Ik ben ook al eens gevallen van de fiets van toen ik nog bij mam en Hans woonde en met de fiets naar school kwam.
Harah: Gisteren heb ik u gezien met de fiets.
Zoë: ah ja en ik heb Lotte ook gezien.
Jesse: ik heb u gisteren ook gezien.
Ska: mijn ketting is ook al eens van mijn fiets gevallen.
Lian: Ik ben al eens op het kantje van de gracht gevallen.
Arthuur: Ik ben ook al eens gevallen en mijn tand zat bijna door mijn lip.
Jitse: Was jij aan het wenen?
Zoë: een beetje, niet veel.
Elias: Mijn papa is al eens gevallen omdat er een meisje met één hand reed en dat meisje viel op papa en mijn papa had toen zijn hand gebroken.
Harah: Mijn papa is eens met zijn fiets gaan rijden en die had natte voeten en die duwde op de verkeerde pedaal en die is tegen mijn papa gereden.
Lotte: Had die auto natte voeten?
Harah: Nee, die meneer had natte voeten.
Zoë: Mijn mama heeft dan een doekje er op gedaan en dat was een beetje zo aan het plakken op mijn vel en er was veel bloed.
COLIN
Colin: Ik kon mijn stamboom niet afmaken omdat ik mijn haar wou knippen en dat duurde keilang en daardoor kon ik mijn stamboom niet afmaken. Ik heb ook nog iets te tonen. Mijn lievelingssteentje.
Harah: Mijn mama heeft ook zo een zakje met stenen in.
Colin: Ik heb er nog 1 of 2 hier van.
Lotte: Nick, da's mijn broer, die heeft ook zo een zakje maar in het rood.
Marijke: Dat kan je zelf maken zo een zakje.
WE SPREKEN AF OM IN DE KLAS ZO EEN ZAKJE TE MAKEN. DAARVOOR HEBBEN WE STUKJES LEER NODIG.
ARTHUUR
Arthuur: Ik heb een onderzoek maar ik zie het niet liggen.
Lian: Welk?
Arthuur: Van de Ardennen.
Lian: Ah dat samen met mij.
Marijke geeft ondertussen het onderzoek door.
Arthuur toont waar de Ardennen liggen en waar wij nu zijn.
WE HOUDEN EEN GESPREK OVER DE WINDRICHTINGEN EN PROBEREN DE ARDENNEN TE ORIENTEREN VANUIT ONZE KLAS.
LOTTE
Lotte: Ah, ik heb gisteren een modderbadje voor mijn voetje gemaakt met Wannes. het was een modderbadje waar we elk één voet in konden doen. Daarna hebben wij gras in onze buitensloefen gedaan. Wannes is dan op dat gras gaan staan en dat plakte in zijn sloefen door de modder. Morgen ga ik naar Stan maar ik weet niet weer waarvoor.
THOR
Thor: Ik heb uit een boek allemaal dingetjes gemaakt van Technopolis.
Thor: Dit (toont figuurtjes)
Elias: Wat is dat?
Thor: Monstertjes.
Thor toont alle figuurtjes die hij gemaakt heeft.
Marijke: Waarvoor dienen die figuurtjes voor?
Thor: Ik weet het niet.
Lotte: Voor poppenkast te spelen.
donderdag 24 mei 2012
KRING donderdag, 24 mei 2012
VANDAAG IS HET DOORSCHUIF TIJDENS HET KRINGMOMENT. DE KINDEREN VAN HET 3DE KLEUTERKLASJE WORDEN 1STE LEERJAAR, HET 1STE WORDT 2DE, ENZ...
Leider: Jesse
Verslag: Abi
COLIN
Colin: Gisteren was Grimm bij ons komen spelen. We zijn naar de Sterappel geweest. Daarna zijn we naar de Ster geweest.
Marijke: Wat is de Sterappel?
Colin: Dat was onze vroegere school.
Goran: Maar daar in de Ster gingen wij in de krant staan.
Marijke: Hebben ze een foto genomen?
Goran knikt bevestigend.
Amani: Was uw mama daar bij?
Goran: Lola haar mama was er bij.
Amani: Maar één mama?
Goran knikt weer bevestigend.
MARIEKE
Marieke: Ik heb een stamboom bij. Mijn mama heeft die gisteren met mij gemaakt.
Marijke: Vertel eens wat een stamboom is voor de kindjes van het 1ste want die weten niet precies waarover wij het hebben?
Marieke doet de hele uitleg.
Goran: Jana (zijn zus) heeft een nog grotere gemaakt.
Marieke: Ik heb eigenlijk hetzelfde nieuwsberichtje als Abi bij.
Marijke: Over wat?
Marieke: over die aardbeving maar ik weet wat de schaal van richter is.
Dat is een manier om de kracht van een aardbeving uit te drukken.
Hoe groter de punten, hoe erger de aardbeving.
Marijke legt uit dat de aardbeving in Italië een zware aardbeving was en dat huizen die niet zo sterk zijn kunnen instorten.
We bekijken even waar Italië ligt op de wereldbol.
Marieke: Mijn mama heeft ook al eens een aardbeving gevoeld.
Marieke wil weten waar Modena ligt. We zullen straks in de atlas kijken.
AMANI
Amani: Ik heb een tasje mee en daar zitten paardjes in.
Amani haalt de paardjes uit haar tasje.
Abi: Fatma heeft ook zo een tasje.
Goran: Welke tas?
Marijke: Dat tasje waar de paardjes inzaten.
Amani: Ik heb die van mama gekregen en mama heeft die in mijn tasje gestopt en die noemt My Little Pony. Eigenlijk zijn die 2 dezelfde.
Marijke: Zijn dat dezelfde?
Abi: Nee, één is roos en één blauw.
Amani: Die zaten in dezelfde doos.
Goran: Maar die zijn niet hetzelfde.
Amani: Maar wel dezelfde ogen.
Marijke: Zijn het nu dezelfde of niet?
Een aantal kinderen knikken van nee.
Marijke: Ze zijn niet hetzelfde maar ze zaten in dezelfde doos.
GORAN
Goran: Vrijdag ga ik naar de zee.
Marijke: Hoeveel keer moet je dan nog slapen?
Goran: Welke dag zijn we vandaag?
Zoë: Donderdag.
Goran: Nog één keer. En dan ga ik ijsjes eten.
Marijke: Waar ga je naar toe?
Goran: Dat is in Oostende. Ik ga naar de zee omdat oma en opa in Oostende zijn.
Jitse: Ik denk dat dat op een andere plek is maar mijn oma en opa hebben een apartement aan de zee en daar mogen wij dan gratis naartoe.
Zoë: Euhm... vorige vrijdag waren wij ook naar Oostende geweest.
Goran: En euhm... Jana en ... eigenlijk gaat bijna iedereen van mijn familie mee.
Marijke: Familie of gezin?
Goran: Familie.
Marijke: Wie gaat er dan allemaal mee?
Goran noemt op en het is inderdaad de familie die mee gaat.
Goran: Mijn overgrootvader is al lang gestorven. Dat was de oudste van Europa geworden.
Marijke: Hoe oud was die dan geworden?
Goran: 112.
Marijke: Kan jij dat getalletje al schrijven?
Goran: Nee.
Marijke: Kan iemand anders dit dan?
Zoë schrijft '112' op het bord.
Goran: Ik weet in welk jaar ik geboren ben, 2006.
Marijke: Amaai, knap dat je dat al weet.
Goran: Ik heb super veel overgrootvaders.
We hebben terug een gesprek over stambomen.
LIAN
Lian: Mijn papa is vandaag jarig. Ik heb gezegd: 'hoe jong ben jij geworden?' Maar hij heeft gezegd dat hij al te oud geworden is.
Abi en Goran: Hoe oud is die?
Lian: Hij zei: 'te oud om zijn'. Het is nog 7 dagen en ik ben jarig. Mijn moeke dacht van mij een beetje vroeger van school te komen halen maar ik wil dat niet want dat is lastig vroeger van school gaan. Wij gaan misschien zaterdag, zondag of maandag op blotevoetentocht. Dat is eerst door modder, door steentjes, door bladeren en dan weet ik het niet meer. En voor mijn communie wordt dat op de 7ste juni. Maar dat weet ik nog niet zeker. Wij gingen eerst naar iets heel leuks naar een pannenkoekenhuisje maar mijn mama vond dat daar niet lekker.
Colin: Ik denk dat het een lentefeest is want een communie is in de kerk.
Lian: Ik denk dat het dan een lentefeest is.
Lian vertelt verder over het pannenkoekenhuisje...
JESSE
Jesse: Ik heb 2 autootjes mee. Eentje van plastiek en eentje van metaal.
Marijke: Zijn dat 2 auto's?
Jesse: Een auto.
Marijke: Hoeveel wielen heeft een auto?
Een aantal kinderen samen: 4.
Jesse: Dan is het een moto.
DE KINDEREN VAN HET 1STE LEERJAAR (volgend schooljaar) VERLATEN DE KLAS EN DE KINDEREN VAN HET 3DE LEERJAAR (volgend schooljaar) KOMEN TERUG BINNEN EN VERTELLEN KORT HOE HET GELOPEN IS.
ER ZIJN NOG EEN AANTAL KINDEREN DIE WILLEN VERTELLEN DUS DOEN WE NOG EVEN VERDER MET KRING.
SKA
Ska: Ik heb een vrije tekst gemaakt en dat gaat over een mannetje.
Het kindje valt op een lading bakstenen.
Het kindje moet dringend naar het ziekenhuis.
Het kindje heeft zijn nek gebroken.
Zijn mama is verdrietig.
Marijke: Wat was de titel?
Ska: Dat ben ik vergeten want anders moet ik 4 keer het kindje schrijven.
Marijke: Wat had hij dan kunnen doen?
Niemand weet een oplossing.
Marijke: Hij had ook het kindje een naam kunnen geven en dan was het niet steeds 'het kindje'.
CHARLOTTE
Charlotte: Ik heb het kaartje bij van mijn nonkel.
Jesse: Is die gestorven?
Charlotte: Ja.
Elias: Mag ik eens zien?
Charlotte toont het kaartje.
ARTHUUR
Arthuur: Ik heb een boek mee want ik was al eens boekenworm maar ik was dat toen vergeten. Daarom heb ik nu een moppenboek bij.
Marijke: Ga je er zelf een mopje uit lezen?
Arthuur: Ja, ik ga er zelfs 2 lezen.
Het is grijs en het zit in een boom.
Thor: een grijze eekhoorn.
Colin: een wasbeer.
Charlotte: een olifant.
Arthuur: een kanariefant.
Charlotte: Dat is toch geen mop, dat is een raadsel.
Marijke: Het is toch grappig.
Ska: Nee
Arthuur: Deze vond mijn mama goed maar ik niet.
2 spoken zaten op de zolder. De ene zegt: 'ik hoor geluid van mensen'. De andere zegt: 'geloof jij dan nog in mensen?'
De kinderen lachen.
2 slangen zaten in de woestijn. De ene zegt tegen de andere: 'ik hoop dat ik niet giftig ben'. De andere vraagt 'waarom'. Zegt de ene: 'ik heb op mijn tong gebeten'.
Elias: Ik ken ook een mop. Vertelt een mop over apen.
Jesse: Ik ken ook een goeie mop. Vertelt een mop over Jantje.
...
WE MAKEN ZELF EEN MOPPENVIDEO EN KINDEREN DIE WILLEN TYPEN OP DE COMPUTER HUN MOP.
LOTTE
Lotte: Ik ben daarnet hier van de trap gevallen. Ik ging naar boven maar ik was een klein beetje harder aan het stappen en toen viel ik op de ...
Thor: de trede.
Lotte: en daar ben ik afgevallen. Ik ben zelf naar boven gegaan.
Marijke: Wat heb je nu geleerd?
Thor: Niet lopen op de trap.
Lotte: Ik heb niet gelopen.
Thor: Niet stappen op de trap.
Lotte: Niet te hard willen stappen.
Lotte: ik heb gisteren BBQ gedaan. Het was heel warm.
Leider: Jesse
Verslag: Abi
COLIN
Colin: Gisteren was Grimm bij ons komen spelen. We zijn naar de Sterappel geweest. Daarna zijn we naar de Ster geweest.
Marijke: Wat is de Sterappel?
Colin: Dat was onze vroegere school.
Goran: Maar daar in de Ster gingen wij in de krant staan.
Marijke: Hebben ze een foto genomen?
Goran knikt bevestigend.
Amani: Was uw mama daar bij?
Goran: Lola haar mama was er bij.
Amani: Maar één mama?
Goran knikt weer bevestigend.
MARIEKE
Marieke: Ik heb een stamboom bij. Mijn mama heeft die gisteren met mij gemaakt.
Marijke: Vertel eens wat een stamboom is voor de kindjes van het 1ste want die weten niet precies waarover wij het hebben?
Marieke doet de hele uitleg.
Goran: Jana (zijn zus) heeft een nog grotere gemaakt.
Marieke: Ik heb eigenlijk hetzelfde nieuwsberichtje als Abi bij.
Marijke: Over wat?
Marieke: over die aardbeving maar ik weet wat de schaal van richter is.
Dat is een manier om de kracht van een aardbeving uit te drukken.
Hoe groter de punten, hoe erger de aardbeving.
Marijke legt uit dat de aardbeving in Italië een zware aardbeving was en dat huizen die niet zo sterk zijn kunnen instorten.
We bekijken even waar Italië ligt op de wereldbol.
Marieke: Mijn mama heeft ook al eens een aardbeving gevoeld.
Marieke wil weten waar Modena ligt. We zullen straks in de atlas kijken.
AMANI
Amani: Ik heb een tasje mee en daar zitten paardjes in.
Amani haalt de paardjes uit haar tasje.
Abi: Fatma heeft ook zo een tasje.
Goran: Welke tas?
Marijke: Dat tasje waar de paardjes inzaten.
Amani: Ik heb die van mama gekregen en mama heeft die in mijn tasje gestopt en die noemt My Little Pony. Eigenlijk zijn die 2 dezelfde.
Marijke: Zijn dat dezelfde?
Abi: Nee, één is roos en één blauw.
Amani: Die zaten in dezelfde doos.
Goran: Maar die zijn niet hetzelfde.
Amani: Maar wel dezelfde ogen.
Marijke: Zijn het nu dezelfde of niet?
Een aantal kinderen knikken van nee.
Marijke: Ze zijn niet hetzelfde maar ze zaten in dezelfde doos.
GORAN
Goran: Vrijdag ga ik naar de zee.
Marijke: Hoeveel keer moet je dan nog slapen?
Goran: Welke dag zijn we vandaag?
Zoë: Donderdag.
Goran: Nog één keer. En dan ga ik ijsjes eten.
Marijke: Waar ga je naar toe?
Goran: Dat is in Oostende. Ik ga naar de zee omdat oma en opa in Oostende zijn.
Jitse: Ik denk dat dat op een andere plek is maar mijn oma en opa hebben een apartement aan de zee en daar mogen wij dan gratis naartoe.
Zoë: Euhm... vorige vrijdag waren wij ook naar Oostende geweest.
Goran: En euhm... Jana en ... eigenlijk gaat bijna iedereen van mijn familie mee.
Marijke: Familie of gezin?
Goran: Familie.
Marijke: Wie gaat er dan allemaal mee?
Goran noemt op en het is inderdaad de familie die mee gaat.
Goran: Mijn overgrootvader is al lang gestorven. Dat was de oudste van Europa geworden.
Marijke: Hoe oud was die dan geworden?
Goran: 112.
Marijke: Kan jij dat getalletje al schrijven?
Goran: Nee.
Marijke: Kan iemand anders dit dan?
Zoë schrijft '112' op het bord.
Goran: Ik weet in welk jaar ik geboren ben, 2006.
Marijke: Amaai, knap dat je dat al weet.
Goran: Ik heb super veel overgrootvaders.
We hebben terug een gesprek over stambomen.
LIAN
Lian: Mijn papa is vandaag jarig. Ik heb gezegd: 'hoe jong ben jij geworden?' Maar hij heeft gezegd dat hij al te oud geworden is.
Abi en Goran: Hoe oud is die?
Lian: Hij zei: 'te oud om zijn'. Het is nog 7 dagen en ik ben jarig. Mijn moeke dacht van mij een beetje vroeger van school te komen halen maar ik wil dat niet want dat is lastig vroeger van school gaan. Wij gaan misschien zaterdag, zondag of maandag op blotevoetentocht. Dat is eerst door modder, door steentjes, door bladeren en dan weet ik het niet meer. En voor mijn communie wordt dat op de 7ste juni. Maar dat weet ik nog niet zeker. Wij gingen eerst naar iets heel leuks naar een pannenkoekenhuisje maar mijn mama vond dat daar niet lekker.
Colin: Ik denk dat het een lentefeest is want een communie is in de kerk.
Lian: Ik denk dat het dan een lentefeest is.
Lian vertelt verder over het pannenkoekenhuisje...
JESSE
Jesse: Ik heb 2 autootjes mee. Eentje van plastiek en eentje van metaal.
Marijke: Zijn dat 2 auto's?
Jesse: Een auto.
Marijke: Hoeveel wielen heeft een auto?
Een aantal kinderen samen: 4.
Jesse: Dan is het een moto.
DE KINDEREN VAN HET 1STE LEERJAAR (volgend schooljaar) VERLATEN DE KLAS EN DE KINDEREN VAN HET 3DE LEERJAAR (volgend schooljaar) KOMEN TERUG BINNEN EN VERTELLEN KORT HOE HET GELOPEN IS.
ER ZIJN NOG EEN AANTAL KINDEREN DIE WILLEN VERTELLEN DUS DOEN WE NOG EVEN VERDER MET KRING.
SKA
Ska: Ik heb een vrije tekst gemaakt en dat gaat over een mannetje.
Het kindje valt op een lading bakstenen.
Het kindje moet dringend naar het ziekenhuis.
Het kindje heeft zijn nek gebroken.
Zijn mama is verdrietig.
Marijke: Wat was de titel?
Ska: Dat ben ik vergeten want anders moet ik 4 keer het kindje schrijven.
Marijke: Wat had hij dan kunnen doen?
Niemand weet een oplossing.
Marijke: Hij had ook het kindje een naam kunnen geven en dan was het niet steeds 'het kindje'.
CHARLOTTE
Charlotte: Ik heb het kaartje bij van mijn nonkel.
Jesse: Is die gestorven?
Charlotte: Ja.
Elias: Mag ik eens zien?
Charlotte toont het kaartje.
ARTHUUR
Arthuur: Ik heb een boek mee want ik was al eens boekenworm maar ik was dat toen vergeten. Daarom heb ik nu een moppenboek bij.
Marijke: Ga je er zelf een mopje uit lezen?
Arthuur: Ja, ik ga er zelfs 2 lezen.
Het is grijs en het zit in een boom.
Thor: een grijze eekhoorn.
Colin: een wasbeer.
Charlotte: een olifant.
Arthuur: een kanariefant.
Charlotte: Dat is toch geen mop, dat is een raadsel.
Marijke: Het is toch grappig.
Ska: Nee
Arthuur: Deze vond mijn mama goed maar ik niet.
2 spoken zaten op de zolder. De ene zegt: 'ik hoor geluid van mensen'. De andere zegt: 'geloof jij dan nog in mensen?'
De kinderen lachen.
2 slangen zaten in de woestijn. De ene zegt tegen de andere: 'ik hoop dat ik niet giftig ben'. De andere vraagt 'waarom'. Zegt de ene: 'ik heb op mijn tong gebeten'.
Elias: Ik ken ook een mop. Vertelt een mop over apen.
Jesse: Ik ken ook een goeie mop. Vertelt een mop over Jantje.
...
WE MAKEN ZELF EEN MOPPENVIDEO EN KINDEREN DIE WILLEN TYPEN OP DE COMPUTER HUN MOP.
LOTTE
Lotte: Ik ben daarnet hier van de trap gevallen. Ik ging naar boven maar ik was een klein beetje harder aan het stappen en toen viel ik op de ...
Thor: de trede.
Lotte: en daar ben ik afgevallen. Ik ben zelf naar boven gegaan.
Marijke: Wat heb je nu geleerd?
Thor: Niet lopen op de trap.
Lotte: Ik heb niet gelopen.
Thor: Niet stappen op de trap.
Lotte: Niet te hard willen stappen.
Lotte: ik heb gisteren BBQ gedaan. Het was heel warm.
dinsdag 22 mei 2012
KRING dinsdag, 22 mei 2012 deel 2
Leider: Jitse
Verslag: Ska
LIAN
Lian: Ik heb een doosje of een potje mee.
Alweer ontstaat er een heen en weer geroep van potje en doosje toestanden.
Elias: Stopt ge daar eten in of niet?
Lian: Mijn mama soms.
Elias: Dan is het een potje.
Ska: Elias, als ge er eten in steekt wil dat daarom niet zeggen dat het een potje is, hé!
...
Marijke: Melkdoos of is het tetrabrik?
Samen: beide.
Lian: Is dat een potje of een doosje?
Doos, pot, doos, pot,...
We sorteren volgens wat we willen.
Sommige zaken zijn we het onmiddellijk eens andere blijven onbepaald.
Lian: Dit zijn zonnebloempitjes.
Elias: Moogt ge die ook opeten?
Lian: 'k Weet niet.
Thor: Ja.
Lian stopt een pitje in zijn mond.
Elias: eerst die schil er af, hé.
Lian: Kunnen we deze planten?
Ska: Ja maar niet in de klas want daar is niet genoeg zuurstof.
LIAN, THOR, ZOË EN HARAH ZULLEN ZE IN BLOEMPOTTEN PLANTEN EN ZE BUITEN ZETTEN.
ABI
Abi: Ik heb een nieuwsbericht bij.
Kapotte huizen.
Abi weet niet precies waar het over gaat.
CHARLOTTE BEKIJKT HET ARTIKEL SAMEN MET ABI.
Abi heeft nog een tweede artikel bij.
Abi: Dat is over het hoogste gebouw.
Ska: Ik heb dat ook gezien en dat waren de hoogste kerktorens.
Marijke: Gaat het over kerktorens, Abi?
Abi: Ja.
Marijke: Weet je waarover het artikel gaat, Abi?
Abi: Weet ik niet.
CHARLOTTE KIJKT OOK SAMEN MET ABI NAAR HET TWEEDE ARTIKEL.
LOTTE
Lotte: Ik heb een vrije tekst gemaakt.
Lotte laat de tekening zien.
Elias: titel?
Lotte: Ik heb er geen. Moet dat?
Ska: Ah ja, hé!
Marijke: We kunnen na het verhaaltje denken over een titel, hé!
Als Stan op bezoek gaat dan ziet Stan een meisje.
Stan is op dat meisje en dat meisje heet Zoë.
De mama van Zoë heet Anita.
De zus heet Saar.
De mama van Stan heet Marieke.
De broer van Stan heet Koen.
Einde.
Ska: Mijn papa noemt Koen.
Elias: Het gaat eigenlijk meer Stan. Dus we kunnen het Stan noemen.
Mirte: Stan, het meisje.
Marijke: Oe, is Stan een meisje?
Ska: Stan is verliefd.
Harah: Stan is verliefd op Zoë.
Marijke: Wat heeft Lotte eigenlijk gedaan in de tekst?
ER VOLGT EEN HELE UITLEG OVER DE STAMBOOM.
WE SPREKEN AF DAT WE ONZE STAMBOOM EENS GAAN MAKEN MAAR DAAR HEBBEN WE WEL DE HULP VAN MAMA EN PAPA NODIG.
MARIJKE ZOEKT OP DE COMPUTER EEN SOORT STAMBOOM DIE WE KUNNEN INVULLEN.
Lotte: Gisteren waren we politie aan het spelen en ik ben gevallen met een basketbal in mijn handen. Er was zo een putje op onze oprit en ik ben daar over gestruikeld. Dat is al de tweede keer dat ik niet meer kon rechtstaan.
JESSE
Jesse: Ik heb een potje of een doosje mee.
Marijke: Dat is een botervlootje.
Charlotte: Doosje.
Jesse beslist om het bij de doosjes te leggen.
Jesse: Ik heb ook nog een poster, dinges voor een vliegwedstrijd mee.
Dat gaat over een vliegwedstrijd. Er is iets te doen met vliegers.
Marijke: Wie kan er eens lezen wat daar staat?
Jesse: Ska.
Ska: 'Welkom in Vliegrode. Demonstraties: kitevliegeren en skydiving. Knutselen: vliegers vouwen, tekenen, kleuren. Tentoonstelling: meccano, houten vogels,... Workshops: vliegers en mobieltjes maken. Ballon- en kleurwedstrijd. Toneeltjes en liedjes. Oude volksspelen. Vliegen jullie mee? Zaterdag, 30 juni 2012, vanaf 13u. Gildehuis/Paardenpolder Tielrode.'
JESSE HANGT DE POSTER SAMEN MET SKA OP.
THOR
Thor: Euhm... ik heb 7 kleine konijntjes.
Ska: Echte?
Thor: Ja. Ik heb 6 kleine konijntjes en ik heb ook 1 mama en nu heb ik nog 7 kleine konijntjes. 2 grijze, 1 zwart en 3 roze.
Ska: Roze?
Thor: Ja dat zijn er zonder haar.
Marijke: Dat kan niet. 2 en 1 en 3 is
6 zeggen enkele kinderen samen.
Thor: Mijn papa zegt dat er 7 zijn.
Ska en Elias blijven morgen ook spelen.
Thor: Ik heb ook een klein doosje of potje mee. (mini chocopotje)
Oh, schattig! roepen de meisjes.
We zijn het er over eens dat het een potje is.
Charlotte: Ik heb eergisteren ook 2 babykonijntjes gekocht maar die groeien niet meer want het zijn dwergkonijntjes. Het is een jongen en een meisje. Vorig jaar hebben de katten onze konijnen gepakt maar nu hebben we een stevig huisje van hout.
Elias: Bij mijn opa, dat is eigenlijk een soort boerderij, daar heeft die ook konijnen. Die hadden meer dan 10 konijnen en we hebben die allemaal opgegeten. Ik vond die schedel lekker om op te eten. Maar dat is zonder haar, hé!
De reacties tussendoor van de anderen kunnen jullie zich wel voorstellen, hé! ;)
Harah: Ik krijg bijna babykonijntjes, bruine.
Mirte: Mijn kat was al eens aan het bloeden.
Elias: Wat heeft dat er nu mee te maken?
Colin: Ik heb 2 konijntjes, een bruine en witte.
Thor: Bij ons is er een klein bruintje dood.
Elias: Hoe komt dat?
Thor: Ik weet niet maar er vliegt wel elke nacht een uil over ons huis.
Ska: Ja, uilen eten konijntjes.
LORE
Lore: Ik heb doosjes of potjes mee.
Alles wordt gesorteerd.
Wederom discussie, het wordt misschien tijd dat we eigenlijk niet altijd kunnen sorteren maar... het grappige is dat de andere klassen op school nu ook al bij de discussie betrokken worden. Ik vind het eigenlijk wel grappig dus laten we het nog maar verder lopen, hé! Geef gerust nog wat gekke doosjes en potjes mee, hé! We zullen moeten definiëren wat het niet is denk ik. Of hoe moet het nu verder?
SKA
Ska: Ik had gisteren beloofd dat ik deze knuffel gisteren ging meenemen.
Thor: Die is gekrompen.
Ska: Deze noemt mini frietje en ik heb thuis nog een frietje.
Thor: Ik heb een blauw kussen met ogen, een mond en een tong.
Lotte: Ik heb een Winnie De Pooh kussen waar die oren uithangen.
Lian: Ik heb een kussen en daar hangen zo plakkertjes aan en ik kan die opentrekken en dan heeft die precies zo lange oren.
Ska heeft er blijkbaar ook zo een.
Mirte: Ik heb een sprookje gehoord over een prinses die op 7 matrassen slaapt. Onder de eerste matras lag een erwtje en die prinses voelde dat nog steeds door die 7 matrassen.
Arthuur: Prinses op de erwt zeker?
Mirte en Harah: Ja.
MIRTE ZOEKT HET VERHAAL VAN PRINSES OP DE ERWT.
JITSE
Jitse: Ik heb bescherming mee voor als ik van mijn step val.
Jesse: Is dat voor als je valt?
Jitse: Ja, je doet dat over je handen;
Lotte: Ik gebruik dat voor mijn rollerskaters.
Arthuur: Ik gebruik dat voor mijn skateboard.
Lian: Ik dacht eerst dat mijn papa dat had maar ik dacht dat een masker was als hij dat uithaalde.
Mirte: Ik wil graag een skateboard.
Elias: Ik heb dat ook voor mijn skateboard.
Thor: Ik heb niet zo maar voor uw knieën voor als je gaat voetballen.
Arthuur: Ik heb kniebescherming, elleboogbescherming en voor mijn handen.
Harah: Ik heb ook een klein skateboardje van mijn broer.
Thor: Ik heb handbescherming voor als ik ga crossen.
Elias: Crossen met wat?
Thor: Met mijn fiets.
Lian: Ik heb ook een skateboard voor in de sneeuw.
Ska: dat is een snowboard.
Lian: Ik verander dat in een skateboard.
Verslag: Ska
LIAN
Lian: Ik heb een doosje of een potje mee.
Alweer ontstaat er een heen en weer geroep van potje en doosje toestanden.
Elias: Stopt ge daar eten in of niet?
Lian: Mijn mama soms.
Elias: Dan is het een potje.
Ska: Elias, als ge er eten in steekt wil dat daarom niet zeggen dat het een potje is, hé!
...
Marijke: Melkdoos of is het tetrabrik?
Samen: beide.
Lian: Is dat een potje of een doosje?
Doos, pot, doos, pot,...
We sorteren volgens wat we willen.
Sommige zaken zijn we het onmiddellijk eens andere blijven onbepaald.
Lian: Dit zijn zonnebloempitjes.
Elias: Moogt ge die ook opeten?
Lian: 'k Weet niet.
Thor: Ja.
Lian stopt een pitje in zijn mond.
Elias: eerst die schil er af, hé.
Lian: Kunnen we deze planten?
Ska: Ja maar niet in de klas want daar is niet genoeg zuurstof.
LIAN, THOR, ZOË EN HARAH ZULLEN ZE IN BLOEMPOTTEN PLANTEN EN ZE BUITEN ZETTEN.
ABI
Abi: Ik heb een nieuwsbericht bij.
Kapotte huizen.
Abi weet niet precies waar het over gaat.
CHARLOTTE BEKIJKT HET ARTIKEL SAMEN MET ABI.
Abi heeft nog een tweede artikel bij.
Abi: Dat is over het hoogste gebouw.
Ska: Ik heb dat ook gezien en dat waren de hoogste kerktorens.
Marijke: Gaat het over kerktorens, Abi?
Abi: Ja.
Marijke: Weet je waarover het artikel gaat, Abi?
Abi: Weet ik niet.
CHARLOTTE KIJKT OOK SAMEN MET ABI NAAR HET TWEEDE ARTIKEL.
LOTTE
Lotte: Ik heb een vrije tekst gemaakt.
Lotte laat de tekening zien.
Elias: titel?
Lotte: Ik heb er geen. Moet dat?
Ska: Ah ja, hé!
Marijke: We kunnen na het verhaaltje denken over een titel, hé!
Als Stan op bezoek gaat dan ziet Stan een meisje.
Stan is op dat meisje en dat meisje heet Zoë.
De mama van Zoë heet Anita.
De zus heet Saar.
De mama van Stan heet Marieke.
De broer van Stan heet Koen.
Einde.
Ska: Mijn papa noemt Koen.
Elias: Het gaat eigenlijk meer Stan. Dus we kunnen het Stan noemen.
Mirte: Stan, het meisje.
Marijke: Oe, is Stan een meisje?
Ska: Stan is verliefd.
Harah: Stan is verliefd op Zoë.
Marijke: Wat heeft Lotte eigenlijk gedaan in de tekst?
ER VOLGT EEN HELE UITLEG OVER DE STAMBOOM.
WE SPREKEN AF DAT WE ONZE STAMBOOM EENS GAAN MAKEN MAAR DAAR HEBBEN WE WEL DE HULP VAN MAMA EN PAPA NODIG.
MARIJKE ZOEKT OP DE COMPUTER EEN SOORT STAMBOOM DIE WE KUNNEN INVULLEN.
Lotte: Gisteren waren we politie aan het spelen en ik ben gevallen met een basketbal in mijn handen. Er was zo een putje op onze oprit en ik ben daar over gestruikeld. Dat is al de tweede keer dat ik niet meer kon rechtstaan.
JESSE
Jesse: Ik heb een potje of een doosje mee.
Marijke: Dat is een botervlootje.
Charlotte: Doosje.
Jesse beslist om het bij de doosjes te leggen.
Jesse: Ik heb ook nog een poster, dinges voor een vliegwedstrijd mee.
Dat gaat over een vliegwedstrijd. Er is iets te doen met vliegers.
Marijke: Wie kan er eens lezen wat daar staat?
Jesse: Ska.
Ska: 'Welkom in Vliegrode. Demonstraties: kitevliegeren en skydiving. Knutselen: vliegers vouwen, tekenen, kleuren. Tentoonstelling: meccano, houten vogels,... Workshops: vliegers en mobieltjes maken. Ballon- en kleurwedstrijd. Toneeltjes en liedjes. Oude volksspelen. Vliegen jullie mee? Zaterdag, 30 juni 2012, vanaf 13u. Gildehuis/Paardenpolder Tielrode.'
JESSE HANGT DE POSTER SAMEN MET SKA OP.
THOR
Thor: Euhm... ik heb 7 kleine konijntjes.
Ska: Echte?
Thor: Ja. Ik heb 6 kleine konijntjes en ik heb ook 1 mama en nu heb ik nog 7 kleine konijntjes. 2 grijze, 1 zwart en 3 roze.
Ska: Roze?
Thor: Ja dat zijn er zonder haar.
Marijke: Dat kan niet. 2 en 1 en 3 is
6 zeggen enkele kinderen samen.
Thor: Mijn papa zegt dat er 7 zijn.
Ska en Elias blijven morgen ook spelen.
Thor: Ik heb ook een klein doosje of potje mee. (mini chocopotje)
Oh, schattig! roepen de meisjes.
We zijn het er over eens dat het een potje is.
Charlotte: Ik heb eergisteren ook 2 babykonijntjes gekocht maar die groeien niet meer want het zijn dwergkonijntjes. Het is een jongen en een meisje. Vorig jaar hebben de katten onze konijnen gepakt maar nu hebben we een stevig huisje van hout.
Elias: Bij mijn opa, dat is eigenlijk een soort boerderij, daar heeft die ook konijnen. Die hadden meer dan 10 konijnen en we hebben die allemaal opgegeten. Ik vond die schedel lekker om op te eten. Maar dat is zonder haar, hé!
De reacties tussendoor van de anderen kunnen jullie zich wel voorstellen, hé! ;)
Harah: Ik krijg bijna babykonijntjes, bruine.
Mirte: Mijn kat was al eens aan het bloeden.
Elias: Wat heeft dat er nu mee te maken?
Colin: Ik heb 2 konijntjes, een bruine en witte.
Thor: Bij ons is er een klein bruintje dood.
Elias: Hoe komt dat?
Thor: Ik weet niet maar er vliegt wel elke nacht een uil over ons huis.
Ska: Ja, uilen eten konijntjes.
LORE
Lore: Ik heb doosjes of potjes mee.
Alles wordt gesorteerd.
Wederom discussie, het wordt misschien tijd dat we eigenlijk niet altijd kunnen sorteren maar... het grappige is dat de andere klassen op school nu ook al bij de discussie betrokken worden. Ik vind het eigenlijk wel grappig dus laten we het nog maar verder lopen, hé! Geef gerust nog wat gekke doosjes en potjes mee, hé! We zullen moeten definiëren wat het niet is denk ik. Of hoe moet het nu verder?
SKA
Ska: Ik had gisteren beloofd dat ik deze knuffel gisteren ging meenemen.
Thor: Die is gekrompen.
Ska: Deze noemt mini frietje en ik heb thuis nog een frietje.
Thor: Ik heb een blauw kussen met ogen, een mond en een tong.
Lotte: Ik heb een Winnie De Pooh kussen waar die oren uithangen.
Lian: Ik heb een kussen en daar hangen zo plakkertjes aan en ik kan die opentrekken en dan heeft die precies zo lange oren.
Ska heeft er blijkbaar ook zo een.
Mirte: Ik heb een sprookje gehoord over een prinses die op 7 matrassen slaapt. Onder de eerste matras lag een erwtje en die prinses voelde dat nog steeds door die 7 matrassen.
Arthuur: Prinses op de erwt zeker?
Mirte en Harah: Ja.
MIRTE ZOEKT HET VERHAAL VAN PRINSES OP DE ERWT.
JITSE
Jitse: Ik heb bescherming mee voor als ik van mijn step val.
Jesse: Is dat voor als je valt?
Jitse: Ja, je doet dat over je handen;
Lotte: Ik gebruik dat voor mijn rollerskaters.
Arthuur: Ik gebruik dat voor mijn skateboard.
Lian: Ik dacht eerst dat mijn papa dat had maar ik dacht dat een masker was als hij dat uithaalde.
Mirte: Ik wil graag een skateboard.
Elias: Ik heb dat ook voor mijn skateboard.
Thor: Ik heb niet zo maar voor uw knieën voor als je gaat voetballen.
Arthuur: Ik heb kniebescherming, elleboogbescherming en voor mijn handen.
Harah: Ik heb ook een klein skateboardje van mijn broer.
Thor: Ik heb handbescherming voor als ik ga crossen.
Elias: Crossen met wat?
Thor: Met mijn fiets.
Lian: Ik heb ook een skateboard voor in de sneeuw.
Ska: dat is een snowboard.
Lian: Ik verander dat in een skateboard.
KRING dinsdag, 22 mei 2012
Leider: Jitse
Verslag: Ska
NA DE SPEELTIJD HEBBEN WE SPELLINGSTEST. HET 2DE LEERJAAR DOET DIT BIJ HYLKE EN HET 1STE LEERJAAR BLIJFT BIJ MIJ.
COLIN
Colin: Ik denk dat de 2de zondag mijn lentefeest is bij De Smoutpot. Dat is een café.
Elias: Wat is een Smoutpot?
Colin: Dat is een café. Mama heeft dat caféetje gebeld. Rune heeft daar ook zijn lentefeest gedaan.
Ska: Ik heb mijn lentefeest ook gedaan en dat was in Frankrijk. Daar was een zwembad met glas er rond.
Mirte: Ik ga naar de hoofdstad van Frankrijk.
Lotte: Wablieft?
Mirte: Ik ga naar Parijs.
Colin: Dat is alles.
MARIEKE
Marieke: Ik ga straks na de middagspeeltijd weg want ik heb dat nog al eens moeten doen naar een praatmevrouw gaan. Die noemt Marie. De volgende praatmevrouw noemt ook Marijke.
Elias: Is een praatmevrouw een mevrouw die altijd praat?
Marieke: Dat is een mevrouw die met jou praat en die helpt mensen als je bevoorbeeld boos bent. Ik ben thuis soms wel eens boos.
ARTHUUR
Arthuur: Ik ben naar de Ardennen geweest. Er was daar een kamer waar je heel veel spelletjes kon doen. Er was daar een pooltafel en een voetbaltafel.
Elias: Als ik daar was zou ik de voetbaltafel kiezen.
Marieke: Ik ben ook al eens naar de Ardennen geweest.
Lotte: Ik ga op vakantie geweest naar de Ardennnen.
Elias: Waar is de Ardennen eigenlijk?
Arthuur: Dat is een ander deel van België maar daar spreken ze wel frans.
Thor: Mijn nicht wonen in de Ardennen. Dat is Nona en Maya maar die spreken zoals ons.
Ska: Nederlands.
Abi: Vlaams.
WE ZOEKEN DE ARDENNEN OP DE KAART.
ARTHUUR EN LIAN ZOEKEN DIT OP.
Marijke: Op welke kaart moeten we dat dan zoeken?
Samen: De wereldbol.
Marijke: De wereldbol is te groot en België is te klein om daar de Ardennen op aan te duiden.
Arthuur: In boeken?
Marijke: Welke boeken?
Ska: De atlas.
Marieke: Ik heb een atlas van de wereld.
MIRTE
Mirte: Ik heb een boek mee.
Marijke: Waarom heb je dat bij?
Mirte: Gewoon, dat is hetzelfde boek als dat.
Lotte: Van Trui.
Mirte: Een woordenboek en daar staan alle woorden van de hele wereld.
Marijke: Staan daar alle woorden van de hele wereld?
Samen: Nee
Mirte: Mijn papa heeft dat gezegd.
Ska: ook de vuile woorden.
Lachen allemaal.
Mirte: Ik heb dat gekregen van mijn papa om te leren lezen zodat ik alle woordjes kan lezen.
Er staan letters van het alfabet in.
Marijke: In welke volgorde staan die daar in?
Thor: volgens het alfabet.
Marijke: Kennen jullie het alfabet?
Jesse: zingt het alfabetlied.
Mirte toont in haar boek de verschillende letters.
WE SPREKEN AF OM EEN ALFABETKWARTET TE MAKEN.
HARAH, ABI, ELIAS, THOR, MARIEKE, JESSE, COLIN, JITSE, ZOË MAKEN DIT.
Marijke: staan daar nu ook vuile woordjes in?
Ska: Ja, want gisteren heeft Elias ons het woordje poepen gevonden. Die heeft ons dat laten zien.
WE ZOEKEN SAMEN EEN WOORDJE IN HET WOORDENBOEK.
Arthuur: snotaap
IK ZOEK HET WOORD OP ZOALS WE DAT DOEN.
Marijke: iemand die nog niet voor vol wordt aangezien, die niet meetelt.
Nog woordjes die ik moet zoeken?
Ska: onbeleefderik
IK ZOEK HET WOORD OP ZOALS WE DAT DOEN.
Marijke: nee, dat staat er niet in.
Ska: onbeschoft.
IK ZOEK HET WOORD OP ZOALS WE DAT DOEN.
Marijke: Ja, dat staat er wel in.
Onbeschoft: grof, ongemanierd.
Charlotte: Ik had al eens ruzie met die kindjes en die mama die zei: Snotaap, ga eens weg.
Ska: Ik zeg altijd tegen mijn broer onbeleefderik.
Elias: Ik ook want die laat altijd boeren.
DE KINDEREN KUNNEN ZELF IN DE WOORDENBOEK WOORDJES ZOEKEN.
ZOË
Zoë: Mijn papa is vandaag jarig en mijn mama en ik hebben papa al wakker gezongen omdat wij nog geen cadeautje hadden hebben wij een cadeautje gegeven van thuis en dat was een film kijken. Papa wou in bad en Frieda was met papa met de barbies aan het spelen. Ik vind Barbies ook stom maar mijn zus en mijn papa niet. Soms speel ik er wel mee maar soms niet.
Elias: Ik leg barbies niet neer maar ik smijt die weg.
Mirte: Ik heb een barbie gekregen van Marieke maar ik vind barbies niet leuk maar soms speel ik er wel mee.
Marijke: Marieke, wat vond jij daar van dat Mirte dat zei?
Marieke: Dat vind ik niet zo leuk.
Mirte: Misschien dacht jij dat ik van barbies hou maar dat is niet zo.
WE HOUDEN EEN GESPREK OVER DANKBAAR ZIJN.
Zoë: Mijn mama heeft papa kusjes gegeven omdat papa een hele dag thuis zal zijn en ze gaan een hele dag shoppen.
Charlotte: Hoeveel jaar is uw papa geworden?
Zoë: Dat weet ik niet goed meer. Maar mijn papa heeft al grijs haar maar nog geen rimpels.
Marieke: Mijn mama is ook bijna jarig.
Zoë: Frieda is ook bijna jarig.
Jesse: Ik verjaar ook bijna.
Charlotte: Wanneer verjaar jij?
Jesse: Ik ben net verjaard.
Charlotte: Dan duurt het wel nog lang hoor.
Lian: Ik ben ook bijna jarig en ook mijn communie.
Er zijn nog veel kinderen die moeten vertellen maar... de tijd loopt enorm uit. We zullen deze middag een extra kring doen zodat alle kinderen dan terug geconcentreerd zijn want een te lange kring is niet goed voor de aandacht.
Verslag: Ska
NA DE SPEELTIJD HEBBEN WE SPELLINGSTEST. HET 2DE LEERJAAR DOET DIT BIJ HYLKE EN HET 1STE LEERJAAR BLIJFT BIJ MIJ.
COLIN
Colin: Ik denk dat de 2de zondag mijn lentefeest is bij De Smoutpot. Dat is een café.
Elias: Wat is een Smoutpot?
Colin: Dat is een café. Mama heeft dat caféetje gebeld. Rune heeft daar ook zijn lentefeest gedaan.
Ska: Ik heb mijn lentefeest ook gedaan en dat was in Frankrijk. Daar was een zwembad met glas er rond.
Mirte: Ik ga naar de hoofdstad van Frankrijk.
Lotte: Wablieft?
Mirte: Ik ga naar Parijs.
Colin: Dat is alles.
MARIEKE
Marieke: Ik ga straks na de middagspeeltijd weg want ik heb dat nog al eens moeten doen naar een praatmevrouw gaan. Die noemt Marie. De volgende praatmevrouw noemt ook Marijke.
Elias: Is een praatmevrouw een mevrouw die altijd praat?
Marieke: Dat is een mevrouw die met jou praat en die helpt mensen als je bevoorbeeld boos bent. Ik ben thuis soms wel eens boos.
ARTHUUR
Arthuur: Ik ben naar de Ardennen geweest. Er was daar een kamer waar je heel veel spelletjes kon doen. Er was daar een pooltafel en een voetbaltafel.
Elias: Als ik daar was zou ik de voetbaltafel kiezen.
Marieke: Ik ben ook al eens naar de Ardennen geweest.
Lotte: Ik ga op vakantie geweest naar de Ardennnen.
Elias: Waar is de Ardennen eigenlijk?
Arthuur: Dat is een ander deel van België maar daar spreken ze wel frans.
Thor: Mijn nicht wonen in de Ardennen. Dat is Nona en Maya maar die spreken zoals ons.
Ska: Nederlands.
Abi: Vlaams.
WE ZOEKEN DE ARDENNEN OP DE KAART.
ARTHUUR EN LIAN ZOEKEN DIT OP.
Marijke: Op welke kaart moeten we dat dan zoeken?
Samen: De wereldbol.
Marijke: De wereldbol is te groot en België is te klein om daar de Ardennen op aan te duiden.
Arthuur: In boeken?
Marijke: Welke boeken?
Ska: De atlas.
Marieke: Ik heb een atlas van de wereld.
MIRTE
Mirte: Ik heb een boek mee.
Marijke: Waarom heb je dat bij?
Mirte: Gewoon, dat is hetzelfde boek als dat.
Lotte: Van Trui.
Mirte: Een woordenboek en daar staan alle woorden van de hele wereld.
Marijke: Staan daar alle woorden van de hele wereld?
Samen: Nee
Mirte: Mijn papa heeft dat gezegd.
Ska: ook de vuile woorden.
Lachen allemaal.
Mirte: Ik heb dat gekregen van mijn papa om te leren lezen zodat ik alle woordjes kan lezen.
Er staan letters van het alfabet in.
Marijke: In welke volgorde staan die daar in?
Thor: volgens het alfabet.
Marijke: Kennen jullie het alfabet?
Jesse: zingt het alfabetlied.
Mirte toont in haar boek de verschillende letters.
WE SPREKEN AF OM EEN ALFABETKWARTET TE MAKEN.
HARAH, ABI, ELIAS, THOR, MARIEKE, JESSE, COLIN, JITSE, ZOË MAKEN DIT.
Marijke: staan daar nu ook vuile woordjes in?
Ska: Ja, want gisteren heeft Elias ons het woordje poepen gevonden. Die heeft ons dat laten zien.
WE ZOEKEN SAMEN EEN WOORDJE IN HET WOORDENBOEK.
Arthuur: snotaap
IK ZOEK HET WOORD OP ZOALS WE DAT DOEN.
Marijke: iemand die nog niet voor vol wordt aangezien, die niet meetelt.
Nog woordjes die ik moet zoeken?
Ska: onbeleefderik
IK ZOEK HET WOORD OP ZOALS WE DAT DOEN.
Marijke: nee, dat staat er niet in.
Ska: onbeschoft.
IK ZOEK HET WOORD OP ZOALS WE DAT DOEN.
Marijke: Ja, dat staat er wel in.
Onbeschoft: grof, ongemanierd.
Charlotte: Ik had al eens ruzie met die kindjes en die mama die zei: Snotaap, ga eens weg.
Ska: Ik zeg altijd tegen mijn broer onbeleefderik.
Elias: Ik ook want die laat altijd boeren.
DE KINDEREN KUNNEN ZELF IN DE WOORDENBOEK WOORDJES ZOEKEN.
ZOË
Zoë: Mijn papa is vandaag jarig en mijn mama en ik hebben papa al wakker gezongen omdat wij nog geen cadeautje hadden hebben wij een cadeautje gegeven van thuis en dat was een film kijken. Papa wou in bad en Frieda was met papa met de barbies aan het spelen. Ik vind Barbies ook stom maar mijn zus en mijn papa niet. Soms speel ik er wel mee maar soms niet.
Elias: Ik leg barbies niet neer maar ik smijt die weg.
Mirte: Ik heb een barbie gekregen van Marieke maar ik vind barbies niet leuk maar soms speel ik er wel mee.
Marijke: Marieke, wat vond jij daar van dat Mirte dat zei?
Marieke: Dat vind ik niet zo leuk.
Mirte: Misschien dacht jij dat ik van barbies hou maar dat is niet zo.
WE HOUDEN EEN GESPREK OVER DANKBAAR ZIJN.
Zoë: Mijn mama heeft papa kusjes gegeven omdat papa een hele dag thuis zal zijn en ze gaan een hele dag shoppen.
Charlotte: Hoeveel jaar is uw papa geworden?
Zoë: Dat weet ik niet goed meer. Maar mijn papa heeft al grijs haar maar nog geen rimpels.
Marieke: Mijn mama is ook bijna jarig.
Zoë: Frieda is ook bijna jarig.
Jesse: Ik verjaar ook bijna.
Charlotte: Wanneer verjaar jij?
Jesse: Ik ben net verjaard.
Charlotte: Dan duurt het wel nog lang hoor.
Lian: Ik ben ook bijna jarig en ook mijn communie.
Er zijn nog veel kinderen die moeten vertellen maar... de tijd loopt enorm uit. We zullen deze middag een extra kring doen zodat alle kinderen dan terug geconcentreerd zijn want een te lange kring is niet goed voor de aandacht.
maandag 21 mei 2012
AFSLUITKRING maandag, 21 mei 2012
SKA EN LOTTE gingen op bezoek bij de lucifers om de woorden pot en doos op te zoeken in het woordenboek. Dit was het resultaat.
Doos: bak van karton, plastiek of dun hout, meestal met een deksel.
Pot: vat van aardewerk, glas, koper,... om iets in te doen.
Marijke: wat is nu het verschil tussen een pot en een doos?
Ska: Elias heeft dat in de voormiddag verteld en we zijn dat al vergeten.
Marijke: hoe komt dat? Wat had je moeten doen?
Ska: we dachten dat de kring een beetje vroeger was.
Marijke: wanneer is het altijd kring?
Lian: 's morgens en 's avonds.
Lotte: we hadden het op een papiertje kunnen schrijven.
Ska: ja op een papiertje schrijven.
Marijke: Hoe gaan jullie dat nu oplossen?
Ska: we gaan nog eens gaan en nog eens vragen en luisteren en het op een papiertje opschrijven.
THOR, JESSE, LIAN, JITSE, COLIN, ELIAS, ARTHUUR EN HARAH gingen op zoek naar de nodige spulletjes voor onze kikkervisjes.
Elias: ik heb iets gemaakt over het onderzoek.
De aardsvijanden van kikkers volwassene en jonge: reigers en ratten.
We mogen niet de deur laten openstaan zodat er geen reigers of ratten binnen kunnen.
Ze leven in sloten en plassen.
Je mag ze niet vangen!
Marijke: wat we gedaan hebben is niet zo goed maar we gaan er geen meer vangen en we laten ze vrij zodra ze kikkers zijn.
Elias: ze eten wieren of algen.
Marijke: eigenlijk moeten we nog wat algen hebben. Wie brengt er mee die thuis een vijver heeft?
DE HARP VAN ELIAS
Marijke: wie heeft er op de harp geoefend?
Niemand.
Elias: ik had ze in mijn boekentas gestopt.
Marijke: Mocht er dan niemand op spelen?
Elias: Ze hebben niet gezegd dat ze wilden.
Marijke: Mag ze nog een dag blijven liggen?
Elias: Ja.
Marijke: Waar gaan we ze leggen?
Ska: Daar op de knutselkast.
BOEKENWORM LORE
'Mooie dromen'
Lore: ik heb die van mijn mama en papa gekregen.
Marijke: Waarom heb je dan voor dit boek gekozen?
Lore: Mijn mama wou dat ik deze meebracht.
Lore leest het boek voor.
Charlotte: ik heb het niet zo goed verstaan.
Marijke: hoe komt dat?
Lotte: ik heb het ook niet zo goed verstaan.
Marijke: het was wel een lang verhaal maar wat had Lore nog kunnen doen?
Marijke geeft een voorbeeld.
Elias: je moet de klanken uitspreken zoals dus eigenlijk zoals...
Marijke helpt hem een handje en legt uit dat dit intonatie is.
Daar gaan we op letten als we iets voorlezen aan de klas.
We spreken ook af dat we een lang verhaal een stukje voorlezen en dat Marijke de rest wel wil voorlezen.
MARIEKE
Marieke: Ik was deze morgen vergeten vertellen dat ik mij gisteren heb pijn gedaan aan mijn teen.
Elias: Hoe heb je dat gedaan?
Marieke: Ik weet het niet maar ik denk dat ik mij in de auto heb pijn gedaan.
Elias: Ik heb mij ook hier ergens pijn gedaan. ik heb mijn nagel een beetje te lang getrokken. Ik wou mijn nagel er af trekken maar dat was zo een beetje lager.
Marijke: Je hebt hem in je vel getrokken?
Elias: Ja.
Harah: Bij Karien had Zoë al eens een bank op haar voet laten vallen en haar nagel was er af.
Ska: Mijn papa moet naar de dokter want die had iets fout gedaan want die had een pot met soep uit zijn handen laten glippen en zijn nagel was gespannen en dan moest hij een spuitje krijgen daarin en na een tijdje is zijn nagel er uit gegaan maar nu heeft hij al een nieuwe.
Charlotte: Ik heb op TV al eens gezien dat een meneer een vijs door zijn nagel had. Die moest naar het ziekenhuis.
Mirte: Ik ben al eens keihard tegen de tafel gegaan met mijn step. Ik was toen keihard aan het bloeden en ik moest naar het ziekenhuis.
Jesse: Bij mijn vroegere school had iemand zich pijn gedaan en die zijn nagel was er bijna vanaf.
Elias: Toen ik een keer bij Debby zat deed ik mijn nagel van mijn wijsvinger omhoog en ik was niet aan het wenen en ik vond dat leuk en ik wou dat nog eens doen.
Lian: Mijn papa zijn nagel heeft een rare kleur omdat die al 2 weken zijn nagel heeft geklikt. Zijn nagel is tegen een bank geklikt.
Doos: bak van karton, plastiek of dun hout, meestal met een deksel.
Pot: vat van aardewerk, glas, koper,... om iets in te doen.
Marijke: wat is nu het verschil tussen een pot en een doos?
Ska: Elias heeft dat in de voormiddag verteld en we zijn dat al vergeten.
Marijke: hoe komt dat? Wat had je moeten doen?
Ska: we dachten dat de kring een beetje vroeger was.
Marijke: wanneer is het altijd kring?
Lian: 's morgens en 's avonds.
Lotte: we hadden het op een papiertje kunnen schrijven.
Ska: ja op een papiertje schrijven.
Marijke: Hoe gaan jullie dat nu oplossen?
Ska: we gaan nog eens gaan en nog eens vragen en luisteren en het op een papiertje opschrijven.
THOR, JESSE, LIAN, JITSE, COLIN, ELIAS, ARTHUUR EN HARAH gingen op zoek naar de nodige spulletjes voor onze kikkervisjes.
Elias: ik heb iets gemaakt over het onderzoek.
De aardsvijanden van kikkers volwassene en jonge: reigers en ratten.
We mogen niet de deur laten openstaan zodat er geen reigers of ratten binnen kunnen.
Ze leven in sloten en plassen.
Je mag ze niet vangen!
Marijke: wat we gedaan hebben is niet zo goed maar we gaan er geen meer vangen en we laten ze vrij zodra ze kikkers zijn.
Elias: ze eten wieren of algen.
Marijke: eigenlijk moeten we nog wat algen hebben. Wie brengt er mee die thuis een vijver heeft?
DE HARP VAN ELIAS
Marijke: wie heeft er op de harp geoefend?
Niemand.
Elias: ik had ze in mijn boekentas gestopt.
Marijke: Mocht er dan niemand op spelen?
Elias: Ze hebben niet gezegd dat ze wilden.
Marijke: Mag ze nog een dag blijven liggen?
Elias: Ja.
Marijke: Waar gaan we ze leggen?
Ska: Daar op de knutselkast.
BOEKENWORM LORE
'Mooie dromen'
Lore: ik heb die van mijn mama en papa gekregen.
Marijke: Waarom heb je dan voor dit boek gekozen?
Lore: Mijn mama wou dat ik deze meebracht.
Lore leest het boek voor.
Charlotte: ik heb het niet zo goed verstaan.
Marijke: hoe komt dat?
Lotte: ik heb het ook niet zo goed verstaan.
Marijke: het was wel een lang verhaal maar wat had Lore nog kunnen doen?
Marijke geeft een voorbeeld.
Elias: je moet de klanken uitspreken zoals dus eigenlijk zoals...
Marijke helpt hem een handje en legt uit dat dit intonatie is.
Daar gaan we op letten als we iets voorlezen aan de klas.
We spreken ook af dat we een lang verhaal een stukje voorlezen en dat Marijke de rest wel wil voorlezen.
MARIEKE
Marieke: Ik was deze morgen vergeten vertellen dat ik mij gisteren heb pijn gedaan aan mijn teen.
Elias: Hoe heb je dat gedaan?
Marieke: Ik weet het niet maar ik denk dat ik mij in de auto heb pijn gedaan.
Elias: Ik heb mij ook hier ergens pijn gedaan. ik heb mijn nagel een beetje te lang getrokken. Ik wou mijn nagel er af trekken maar dat was zo een beetje lager.
Marijke: Je hebt hem in je vel getrokken?
Elias: Ja.
Harah: Bij Karien had Zoë al eens een bank op haar voet laten vallen en haar nagel was er af.
Ska: Mijn papa moet naar de dokter want die had iets fout gedaan want die had een pot met soep uit zijn handen laten glippen en zijn nagel was gespannen en dan moest hij een spuitje krijgen daarin en na een tijdje is zijn nagel er uit gegaan maar nu heeft hij al een nieuwe.
Charlotte: Ik heb op TV al eens gezien dat een meneer een vijs door zijn nagel had. Die moest naar het ziekenhuis.
Mirte: Ik ben al eens keihard tegen de tafel gegaan met mijn step. Ik was toen keihard aan het bloeden en ik moest naar het ziekenhuis.
Jesse: Bij mijn vroegere school had iemand zich pijn gedaan en die zijn nagel was er bijna vanaf.
Elias: Toen ik een keer bij Debby zat deed ik mijn nagel van mijn wijsvinger omhoog en ik was niet aan het wenen en ik vond dat leuk en ik wou dat nog eens doen.
Lian: Mijn papa zijn nagel heeft een rare kleur omdat die al 2 weken zijn nagel heeft geklikt. Zijn nagel is tegen een bank geklikt.
KRING maandag, 21 mei 2012
Leider: Harah
Verslag: Mirte
JESSE
Jesse: ik heb kikkervisjes mee en die zijn nu aan het eten.
Mirte: die moeten wel bij de mama, hé!
Jesse: soms
Charlotte: altijd.
Elias: hebben die wel eten?
Jesse: Ja, die eten zand.
Marijke: eten die zand
eenstemmig: neen
Marijke: wat eten kikkervisjes dan wel.
Jesse: blaadjes
Abi: wormen
Mirte: koraal
Arthuur: insecten.
Jesse zet de pot op tafel.
Marijke: Wat worden dat?
eenstemmig: Kikkers
Marijke: Mag je kikkervisjes in een pot steken?
Eenstemmig: Neen
Jesse: Er zitten wel gaatjes in.
Ska: Die moeten lucht hebben Veel lucht.
Mirte: Ja, veel lucht.
WE GAAN OP ZOEK NAAR WAT KIKKERVISJES ECHT ETEN.
WE MAKEN EEN AQUARIUM KLAAR MET ZAND EN PLANTJES
JITSE
Jitse: ik was aan het voetballen en ik was uitgegleden op de stenen.
Toont een wondje.
Mirte: ik was eergisteren ook gaan voetballen en ook naar de speeltuin geweest.
Jitse: ik ben niet naar de speeltuin geweest.
Mirte: ik weet hoe je moet shotten.
Jitse: het was rommelmarkt in mijn straat en ik heb smurfen gekocht. Er heeft iemand zo een wipeendje gekocht en ik heb daarvoor € 20 gekregen.
Lotte: ik was daar ook. Ik had ook een kraampje met mijn mama en mijn broers.
Jitse: ik stond naar dat kraampje van Lotte.
Elias: Was jij aan het wenen toen jij gevallen was?
Jitse: Ja
Mirte: ik heb de markt gezien.
Jesse: ik ook. Mijn mama heeft daar kruiden gekocht.
Jitse: ik heb jouw mama niet gezien.
Jesse: dat was in Sint-Niklaas.
Mirte: ik in Temse.
JITSE MAAKT EEN TEKENING VAN HET KRAAMPJE IN HET DAGBOEK
ZOË
Zoë: ik heb iets meegenomen. Een potje of een doosje. Ik wist het niet zoe goed.
Mirte: ik weet het ook niet.
Hoe noemt zo iets?
Ska: een bewaardoos.
Harah: ik heb die ook.
Marijke: ja, ik ook.
Zoë: mijn mama doet daar rijst in want er zit nog een beetje rijst in.
Marijke: we noemen dat een voorraadpot.
SKA EN LOTTE GAAN STRAKS AAN DE KLAS VAN TRUI VRAGEN OM HET WOORDJE POT EN DOOS OP TE ZOEKEN IN HET WOORDENBOEK.
Zoë: mijn mama heeft gisteravond mijn froefroe geknipt maar ik wou dat niet en ik ging dan gaan lopen.. Mijn mama zei dat dat mooi was en dan heb ik het toch laten doen.
Mirte: 't Is mooi.
COLIN
Colin: Jesse dat is van ons 2 het onderzoek over bijen.
Wij hebben een onderzoek over bijen gedaan.
Ze presenteren hun werk.
We weten nu hoe bijen hun honing maken.
Vraag maar eens na! ;)
MARIEKE
Marieke: ik heb vrijdag een horloge gekregen. Dat was eigenlijk voor mijn communie maar ik krijg geen communie van mijn mama. Maar in de plaats daarvan heb ik toch een horloge gekregen. Ik ben gisteren met mijn mama en Fien gaan winkelen en we hebben nieuwe kleren gekocht.
Mirte: ik weet dat gij naar Parijs gaat voor jouw verjaardag en ik ga volgende week naar Disneyland Parijs.
Elias: waarom kopen jullie altijd kleren?
Marieke: niet altijd.
Mirte: mijn bonneke en mijn peter die kopen altijd kleren voor mijn verjaardag.
Jesse: iemand van onze familie geeft mij altijd een voetbal. Mijn oma.
Marieke: ik heb ook een nieuwe jas maar die hangt aan de kapstok. Achter op mijn rug is er zoiets dat je kan opentrekken en je kan daar iets instoppen. Eigenlijk een soort rugzakje.
SKA
Ska: ik heb iets te vertellen en te tonen. Ik ben naar Bobbejaanland geweest en daar heb ik in de Tyfoon gezeten. Dat is een roetsjbaan die stijl omhoog gaat en die een salto maakt.
Elias: Ik durf niet zo in de Tyfoon omdat die overkop gaat. Ik denk dat ik dan naar beneden ga vallen en dan ben ik dood.
Ska: dat is zo met dikke buizen en dan zit je vast en dat kan wel niet los, hé!
Charlotte: ik heb daar ook al eens ingezeten.
Abi: ik ook.
Charlotte: daar mag jij nog niet in.
Abi: Jawel.
Jitse: ik mag daar nog niet in.
Ska: er staat een rood, oranje en groen vak en groen wil zeggen dat je er in mag.
Elias: Euhm... ik ben ook eens naar Bobbejaanland geweest en daar was een achtbaan met rondjes naar omhoog.
Ska: De revolution.
Harah: Het liefje van mijn zus is ook al eens in de Tyfoon geweest.
Ska: ik vond het ronddraaien in de Tyfoon het leukste en het hoogste ook. Ik heb mijn ogen dicht gedaan als ik overkop ging.
Ska: ik ben van de morgen gevallen. Ik heb een beetje bloed.
Mirte: waar ben jij gevallen.
Abi: op school.
Ska: dat was met mijn step en dat was daar waar die boom is afgedaan. Er zit nog een wortel en daar ben ik met de achterkant van mijn step opgegaan.
Lotte: ik ben gisteren uit mijn bed gevallen op mijn nachtkastje. Ik begon wel te wenen want dat is wat dikker.
Jitse: Ska, was jij aan het wenen.
Ska: neen.
Elias: ik heb dat gezien. Hij reed daar langs en hij remde een beetje en hij is snel gesprongen en is met zijn achterwiel erop blijven zitten.
Colin: ik ben gisteren ook gevallen op mijn kop.
Ska en Elias: Hoofd... een kop is van een dier.
Mirte: een paard heeft geen kop maar een hoofd.
CHARLOTTE
Charlotte: 15 mei is mijn nonkel in de nacht gestorven.
Jesse: welk?
Charlotte herhaalt.
Charlotte: die heeft een pilletje genomen omdat hij niet meer wou leven. Die was 41.
Elias: mijn papa wordt 43 jaar.
Mirte: was jij dan aan het wenen?
Charlotte: heel even. Mijn mama en mijn tante waren heel hard aan het wenen. Woensdag ga ik naar de begrafenis.
Ska: Mijn papa wordt 45 jaar op 24 oktober.
Mirte: Mijn nonkel is 20 nog maar net.
Ska: Amaai die is jong.
Charlotte: en euhm... mijn papa wou met mij eventjes naar de begrafenis gaan kijken maar dat mocht niet van mijn mama want dan zou ik niet kunnen slapen. Mijn nonkel is niet zo slim geweest want hij heeft een kindje en nu heeft die geen papa meer.
Lotte: ik ben al eens gaan kijken om te begroeten maar ik vond dat niet zo mooi om te zien.
Abi: da's wel straf dat die dood is. Dat mag eigenlijk niet.
Elias: waarom doet die dat eigenlijk zelf?
Charlotte: die wou eigenlijk niet meer leven. Die had ruzie met iemand anders en die vond zichzelf niet mooi. Die wou wel bij zijn kindje blijven maar die heeft daar eigenlijk eventjes niet aan gedacht.
Dat kindje is nu heel verdrietig. Die komt bij mij altijd op facebook.
THOR
Thor: ik heb mijn duivel mee en dat is mijn knuffel die elke nacht in mijn bed licht.
Charlotte: zo groot.
Thor: ik heb nog 3 grote knuffels
Ska: heeft die tegen een paal gelopen want die is plat.
Marijke: nee, die heeft daarnet onder Thor zijn billen gezeten.
Ska: heb jij een scheet gelaten op die neus?
De kinderen lachen.
Thor: die was vroeger van papa en papa heeft die aan mama gegeven en ik mocht die van mama hebben. Die lag op de zolder. Er zat een klein aapje tussen die armen maar die heb ik er af getrokken.
Lotte: Ik heb 2 grote knuffels, eentje bij mijn papa en eentje bij mijn mama.
Ska: ik heb ook een grote knuffel en die komt tot hier bij mij. Wijst op okselhoogte.
Jesse: ik had ook een grote knuffel en mama heeft die in de wasmachine gestopt en nu is die lelijk en klein.
Iedereen lacht.
Thor: ik heb een wit klein beertje en ook een bruine beer. In de auto ligt nog een tijger.
Marieke: ik heb ook 2 grote knuffels maar die staan bij Fien op de kamer en die zegt dat die van haar zijn.
Elias: ik heb ook een grote knuffel en dat is een hond. Die is wel kapotgescheurd.
Jitse: ik wou eigenlijk ook een grote knuffel kopen maar ik mocht die niet kopen van mijn papa. Die was keigroot.
Arthuur: ik heb een mier en die komt tot hier.
Elias: dat rijmt goed.
Mirte: ik heb ook een beer en die is bruin en die heeft een sjaal aan.
Thor: ik ben gisterenavond met BBQ gedaan. Die middag was ik net terug van op reis. Mama had een verrassing voor ons. Kleine potjes choco. We gingen dan eten en dat waren broodjes met kaas en 's avonds was het BBQ.
ELIAS
Elias: Ik heb een instrument mee van Afrika en die is van mijn mama. Dat is een hark.
Mirte: een harp.
Elias: omdat dat kan rechtstaan.
HET VERSCHIL TUSSEN HARP EN HARK HEBBEN WE DUIDELIJK MOETEN MAKEN.
Elias speelt een kort stukje op de harp.
DE ANDERE KINDEREN KUNNEN IN DE LOOP VAN DE DAG ER EVEN OP PROBEREN SPELEN.
Elias: mijn mama en papa zijn het zwart tuinhuis aan het schuren.
Abi: wat is schuren?
Elias: dat doe je met speciaal papier en je probeert dat zwart eraf te doen en dat mag dan niet meer blinken. Als het klaar is mogen we daar slapen.
MIRTE
Mirte: ik heb nieuwe sandalen.
Doet een showtje zodat iedereen de schoenen kan zien.
Ska: dat is toch met steunzolen, hé!
Mirte: in sandalen kan dat niet maar die heeft wel de vorm zoals mijn steunzolen.
Mirte: ik ben eergisteren naar de speeltuin geweest en ik ben op zo een ding geweest dat zo en zo ging.
Charlotte: dat ken ik niet.
Ska: dat is zoiets waar je op moet springen en dat gaat over een kabel van de ene kant naar de andere kant.
Mirte: ik heb een medaille van ponyparkcity. Ik kan al een beetje pony rijden en op draf als iemand het touwtje vast wil houden.
Harah: mijn broer heeft een beker gewonnen met de voetbal maar dat was geen grote.
Mirte: ik had meegedaan aan de wedstrijd en dit is van de paardrijles.
Elias: hoe kon je dat eigenlijk winnen?
Mirte: als je goed meedoet.
Marieke: in Frankrijk was er een paard dat heel graag in draf liep en dat mocht niet maar toen ik er op zat is die toch in draf geschoten.
Mirte: ik heb in ponyparkcity een paard zien lopen in gallop.
HARAH
Harah: Gisteren ben ik naar de elfenheuvelfandagen geweest en je kon daar alle handtekeningen op een poster zetten. We konden ook de eindaflevering van de elfenheuvel zien maar die kan je volgende week ook op televisie zien.
Ska: dienen Dagmar dat is iemand van op Ketnet da's dienen Niels.
Mirte: ik heb een poster van Justin Bieber.
Elias: Euhm... ik heb 3 posters.
Verslag: Mirte
JESSE
Jesse: ik heb kikkervisjes mee en die zijn nu aan het eten.
Mirte: die moeten wel bij de mama, hé!
Jesse: soms
Charlotte: altijd.
Elias: hebben die wel eten?
Jesse: Ja, die eten zand.
Marijke: eten die zand
eenstemmig: neen
Marijke: wat eten kikkervisjes dan wel.
Jesse: blaadjes
Abi: wormen
Mirte: koraal
Arthuur: insecten.
Jesse zet de pot op tafel.
Marijke: Wat worden dat?
eenstemmig: Kikkers
Marijke: Mag je kikkervisjes in een pot steken?
Eenstemmig: Neen
Jesse: Er zitten wel gaatjes in.
Ska: Die moeten lucht hebben Veel lucht.
Mirte: Ja, veel lucht.
WE GAAN OP ZOEK NAAR WAT KIKKERVISJES ECHT ETEN.
WE MAKEN EEN AQUARIUM KLAAR MET ZAND EN PLANTJES
JITSE
Jitse: ik was aan het voetballen en ik was uitgegleden op de stenen.
Toont een wondje.
Mirte: ik was eergisteren ook gaan voetballen en ook naar de speeltuin geweest.
Jitse: ik ben niet naar de speeltuin geweest.
Mirte: ik weet hoe je moet shotten.
Jitse: het was rommelmarkt in mijn straat en ik heb smurfen gekocht. Er heeft iemand zo een wipeendje gekocht en ik heb daarvoor € 20 gekregen.
Lotte: ik was daar ook. Ik had ook een kraampje met mijn mama en mijn broers.
Jitse: ik stond naar dat kraampje van Lotte.
Elias: Was jij aan het wenen toen jij gevallen was?
Jitse: Ja
Mirte: ik heb de markt gezien.
Jesse: ik ook. Mijn mama heeft daar kruiden gekocht.
Jitse: ik heb jouw mama niet gezien.
Jesse: dat was in Sint-Niklaas.
Mirte: ik in Temse.
JITSE MAAKT EEN TEKENING VAN HET KRAAMPJE IN HET DAGBOEK
ZOË
Zoë: ik heb iets meegenomen. Een potje of een doosje. Ik wist het niet zoe goed.
Mirte: ik weet het ook niet.
Hoe noemt zo iets?
Ska: een bewaardoos.
Harah: ik heb die ook.
Marijke: ja, ik ook.
Zoë: mijn mama doet daar rijst in want er zit nog een beetje rijst in.
Marijke: we noemen dat een voorraadpot.
SKA EN LOTTE GAAN STRAKS AAN DE KLAS VAN TRUI VRAGEN OM HET WOORDJE POT EN DOOS OP TE ZOEKEN IN HET WOORDENBOEK.
Zoë: mijn mama heeft gisteravond mijn froefroe geknipt maar ik wou dat niet en ik ging dan gaan lopen.. Mijn mama zei dat dat mooi was en dan heb ik het toch laten doen.
Mirte: 't Is mooi.
COLIN
Colin: Jesse dat is van ons 2 het onderzoek over bijen.
Wij hebben een onderzoek over bijen gedaan.
Ze presenteren hun werk.
We weten nu hoe bijen hun honing maken.
Vraag maar eens na! ;)
MARIEKE
Marieke: ik heb vrijdag een horloge gekregen. Dat was eigenlijk voor mijn communie maar ik krijg geen communie van mijn mama. Maar in de plaats daarvan heb ik toch een horloge gekregen. Ik ben gisteren met mijn mama en Fien gaan winkelen en we hebben nieuwe kleren gekocht.
Mirte: ik weet dat gij naar Parijs gaat voor jouw verjaardag en ik ga volgende week naar Disneyland Parijs.
Elias: waarom kopen jullie altijd kleren?
Marieke: niet altijd.
Mirte: mijn bonneke en mijn peter die kopen altijd kleren voor mijn verjaardag.
Jesse: iemand van onze familie geeft mij altijd een voetbal. Mijn oma.
Marieke: ik heb ook een nieuwe jas maar die hangt aan de kapstok. Achter op mijn rug is er zoiets dat je kan opentrekken en je kan daar iets instoppen. Eigenlijk een soort rugzakje.
SKA
Ska: ik heb iets te vertellen en te tonen. Ik ben naar Bobbejaanland geweest en daar heb ik in de Tyfoon gezeten. Dat is een roetsjbaan die stijl omhoog gaat en die een salto maakt.
Elias: Ik durf niet zo in de Tyfoon omdat die overkop gaat. Ik denk dat ik dan naar beneden ga vallen en dan ben ik dood.
Ska: dat is zo met dikke buizen en dan zit je vast en dat kan wel niet los, hé!
Charlotte: ik heb daar ook al eens ingezeten.
Abi: ik ook.
Charlotte: daar mag jij nog niet in.
Abi: Jawel.
Jitse: ik mag daar nog niet in.
Ska: er staat een rood, oranje en groen vak en groen wil zeggen dat je er in mag.
Elias: Euhm... ik ben ook eens naar Bobbejaanland geweest en daar was een achtbaan met rondjes naar omhoog.
Ska: De revolution.
Harah: Het liefje van mijn zus is ook al eens in de Tyfoon geweest.
Ska: ik vond het ronddraaien in de Tyfoon het leukste en het hoogste ook. Ik heb mijn ogen dicht gedaan als ik overkop ging.
Ska: ik ben van de morgen gevallen. Ik heb een beetje bloed.
Mirte: waar ben jij gevallen.
Abi: op school.
Ska: dat was met mijn step en dat was daar waar die boom is afgedaan. Er zit nog een wortel en daar ben ik met de achterkant van mijn step opgegaan.
Lotte: ik ben gisteren uit mijn bed gevallen op mijn nachtkastje. Ik begon wel te wenen want dat is wat dikker.
Jitse: Ska, was jij aan het wenen.
Ska: neen.
Elias: ik heb dat gezien. Hij reed daar langs en hij remde een beetje en hij is snel gesprongen en is met zijn achterwiel erop blijven zitten.
Colin: ik ben gisteren ook gevallen op mijn kop.
Ska en Elias: Hoofd... een kop is van een dier.
Mirte: een paard heeft geen kop maar een hoofd.
CHARLOTTE
Charlotte: 15 mei is mijn nonkel in de nacht gestorven.
Jesse: welk?
Charlotte herhaalt.
Charlotte: die heeft een pilletje genomen omdat hij niet meer wou leven. Die was 41.
Elias: mijn papa wordt 43 jaar.
Mirte: was jij dan aan het wenen?
Charlotte: heel even. Mijn mama en mijn tante waren heel hard aan het wenen. Woensdag ga ik naar de begrafenis.
Ska: Mijn papa wordt 45 jaar op 24 oktober.
Mirte: Mijn nonkel is 20 nog maar net.
Ska: Amaai die is jong.
Charlotte: en euhm... mijn papa wou met mij eventjes naar de begrafenis gaan kijken maar dat mocht niet van mijn mama want dan zou ik niet kunnen slapen. Mijn nonkel is niet zo slim geweest want hij heeft een kindje en nu heeft die geen papa meer.
Lotte: ik ben al eens gaan kijken om te begroeten maar ik vond dat niet zo mooi om te zien.
Abi: da's wel straf dat die dood is. Dat mag eigenlijk niet.
Elias: waarom doet die dat eigenlijk zelf?
Charlotte: die wou eigenlijk niet meer leven. Die had ruzie met iemand anders en die vond zichzelf niet mooi. Die wou wel bij zijn kindje blijven maar die heeft daar eigenlijk eventjes niet aan gedacht.
Dat kindje is nu heel verdrietig. Die komt bij mij altijd op facebook.
THOR
Thor: ik heb mijn duivel mee en dat is mijn knuffel die elke nacht in mijn bed licht.
Charlotte: zo groot.
Thor: ik heb nog 3 grote knuffels
Ska: heeft die tegen een paal gelopen want die is plat.
Marijke: nee, die heeft daarnet onder Thor zijn billen gezeten.
Ska: heb jij een scheet gelaten op die neus?
De kinderen lachen.
Thor: die was vroeger van papa en papa heeft die aan mama gegeven en ik mocht die van mama hebben. Die lag op de zolder. Er zat een klein aapje tussen die armen maar die heb ik er af getrokken.
Lotte: Ik heb 2 grote knuffels, eentje bij mijn papa en eentje bij mijn mama.
Ska: ik heb ook een grote knuffel en die komt tot hier bij mij. Wijst op okselhoogte.
Jesse: ik had ook een grote knuffel en mama heeft die in de wasmachine gestopt en nu is die lelijk en klein.
Iedereen lacht.
Thor: ik heb een wit klein beertje en ook een bruine beer. In de auto ligt nog een tijger.
Marieke: ik heb ook 2 grote knuffels maar die staan bij Fien op de kamer en die zegt dat die van haar zijn.
Elias: ik heb ook een grote knuffel en dat is een hond. Die is wel kapotgescheurd.
Jitse: ik wou eigenlijk ook een grote knuffel kopen maar ik mocht die niet kopen van mijn papa. Die was keigroot.
Arthuur: ik heb een mier en die komt tot hier.
Elias: dat rijmt goed.
Mirte: ik heb ook een beer en die is bruin en die heeft een sjaal aan.
Thor: ik ben gisterenavond met BBQ gedaan. Die middag was ik net terug van op reis. Mama had een verrassing voor ons. Kleine potjes choco. We gingen dan eten en dat waren broodjes met kaas en 's avonds was het BBQ.
ELIAS
Elias: Ik heb een instrument mee van Afrika en die is van mijn mama. Dat is een hark.
Mirte: een harp.
Elias: omdat dat kan rechtstaan.
HET VERSCHIL TUSSEN HARP EN HARK HEBBEN WE DUIDELIJK MOETEN MAKEN.
Elias speelt een kort stukje op de harp.
DE ANDERE KINDEREN KUNNEN IN DE LOOP VAN DE DAG ER EVEN OP PROBEREN SPELEN.
Elias: mijn mama en papa zijn het zwart tuinhuis aan het schuren.
Abi: wat is schuren?
Elias: dat doe je met speciaal papier en je probeert dat zwart eraf te doen en dat mag dan niet meer blinken. Als het klaar is mogen we daar slapen.
MIRTE
Mirte: ik heb nieuwe sandalen.
Doet een showtje zodat iedereen de schoenen kan zien.
Ska: dat is toch met steunzolen, hé!
Mirte: in sandalen kan dat niet maar die heeft wel de vorm zoals mijn steunzolen.
Mirte: ik ben eergisteren naar de speeltuin geweest en ik ben op zo een ding geweest dat zo en zo ging.
Charlotte: dat ken ik niet.
Ska: dat is zoiets waar je op moet springen en dat gaat over een kabel van de ene kant naar de andere kant.
Mirte: ik heb een medaille van ponyparkcity. Ik kan al een beetje pony rijden en op draf als iemand het touwtje vast wil houden.
Harah: mijn broer heeft een beker gewonnen met de voetbal maar dat was geen grote.
Mirte: ik had meegedaan aan de wedstrijd en dit is van de paardrijles.
Elias: hoe kon je dat eigenlijk winnen?
Mirte: als je goed meedoet.
Marieke: in Frankrijk was er een paard dat heel graag in draf liep en dat mocht niet maar toen ik er op zat is die toch in draf geschoten.
Mirte: ik heb in ponyparkcity een paard zien lopen in gallop.
HARAH
Harah: Gisteren ben ik naar de elfenheuvelfandagen geweest en je kon daar alle handtekeningen op een poster zetten. We konden ook de eindaflevering van de elfenheuvel zien maar die kan je volgende week ook op televisie zien.
Ska: dienen Dagmar dat is iemand van op Ketnet da's dienen Niels.
Mirte: ik heb een poster van Justin Bieber.
Elias: Euhm... ik heb 3 posters.
dinsdag 15 mei 2012
Kring dinsdag, 15 mei 2012
Leider: Zoë
Verslag: Lotte
MARIEKE
Ik heb potjes mee. Mijn mama heeft mij verteld dat wij gaan leren over het verschil tussen potjes en doosjes.
Ze sorteert de potjes en doosjes
Elias: ik denk dat ik al weet wat het verschil is. Potjes zijn rond en doosjes zijn vierkant.
Want in dit (potjes) zitten alleen ronde en in deze doos (doosjes) zitten alleen vierkantjes.
Marijke: gisteren dachten we dat het verschil was dat het een deksel had of niet en nu is het rond of vierkant. Zijn we daar allemaal wel zeker van?
Hele discussie en we sorteren verder. We besluiten dat de twijfelgevallen in een aparte zak moeten.
Fien en ik hebben gisteren als cadeautje elk 2 kleedjes gekregen. We hebben die op de computer besteld en we zijn die gisteren gaan halen. En ik heb er nu één aan. Gisteren heb ik ook cola gedronken maar zonder prik want dat helpt tegen ziek zijn.
Marijke: vroeger was cola een medicijn.
Ska: hoe doen ze dat?
Jitse: ik heb zelf al eens een drankje gemaakt en dat smaakte net naar cola maar niet echt het was meer naar colasnoepjes.
Ik heb gisteren ook op de computer spelletjes mogen spelen van mijn papa. Dat was vooral over dieren.
Eén keer heb ik een spelletje gespeeld en dat was wel een moeilijke. Je moest de temperatuur van een diertje naar beneden krijgen want die was ziek.
HARAH
Van de middag ga ik er niet zijn omdat ik naar de tandarts moet.
Ik heb ook potjes mee maar die liggen in de gang.
Marijke: Ga ze even halen dan kunnen we ze sorteren.
Ijsdoos: doosje
doosje van fruit: doosje? Of schaaltje? Weer een twijfelgevalletje erbij.
Ijsdoos: doosje
MIRTE
Ik heb een boek mee. 'Daantje gaat naar school'
Er staat een grappig prentje in.
Wijst naar de hond.
Marijke: Waarom is die grappig?
Omdat die gek doet.
Marieke: Ik heb ook boeken die over mijn zus gaan.
Jitse: Heb jij wel echt een hond?
Elias: waar koop je dat boek?
In de winkel.
THOR
Ik ga vanavond bij mijn boma blijven slapen en dan morgen in de voormiddag vertrek ik met de mobilehome en we gaan daar 3 nachtjes in slapen. Daarna ga ik nog 1 nachtje bij boma slapen.
Mama en papa gaan met het vliegtuig.
Lotte: Gaan uw broers ook mee?
Thor knikt 'ja'.
Marijke: Naar waar gaan uw mama en papa?
Thor: Dat weet ik niet meer.
...
Elias: mijn mama en papa zijn eens naar New York geweest. Toen moesten ze ook ver met het vliegtuig.
JESSE
Ik heb potjes bij of doosjes.
We sorteren weer maar... het lukt altijd maar minder en minder goed.
Marijke: Mannen, zijn we hier wel zeker van wat we aan het doen zijn?
Ska: Op de computer opzoeken.
Marijke: zijn er nog andere manieren?
Elias: In boeken.
Marijke in boeken oké maar welke boeken?
Abi en Mirte: Over potjes en doosjes.
Arthuur: Woordenboek.
Thor en Ska nemen een woordenboek.
Marijke: Hoe moet je nu zoeken in zo een woordenboek?
Ska: Eerste zoeken naar waar je de letters kan vinden. De woorden staan in de volgorde van het alfabet. Als je een woordje met de d moet hebben dan vind je dat woordje meer vooraan in het boek want de d staat meer van voor in het alfabet.
Ska zoekt doos en Thor zoekt pot.
De 2 woordjes staan niet in ons woordenboek.
Marijke zoekt op het internet en drukt het straks af zodat er kinderen kunnen lezen wat het betekent.
ZOË
Ik heb een rare plakker. Vanbinnen zit daar een rondje in.
Harah: ik heb ook een rare plakker, dat is voor littekens.
Omdat er hier zo een stekeltje in mijn voet zat.
Thor: ik heb een litteken van als ik baby was. Ik was in glas gevallen. Ik heb nooit gekropen.
Elias: ik heb eens een litteken gekregen omdat Oliver me pijn had gedaan maar ik was niet hard aan het wenen.
Charlotte: ik ben gisteren in een stekelbol getrapt want ik had mijn mama haar sloefen aan.
We gaan onze pakketten afwerken.
Lotte: temperatuur opnemen.
Verslag: Lotte
MARIEKE
Ik heb potjes mee. Mijn mama heeft mij verteld dat wij gaan leren over het verschil tussen potjes en doosjes.
Ze sorteert de potjes en doosjes
Elias: ik denk dat ik al weet wat het verschil is. Potjes zijn rond en doosjes zijn vierkant.
Want in dit (potjes) zitten alleen ronde en in deze doos (doosjes) zitten alleen vierkantjes.
Marijke: gisteren dachten we dat het verschil was dat het een deksel had of niet en nu is het rond of vierkant. Zijn we daar allemaal wel zeker van?
Hele discussie en we sorteren verder. We besluiten dat de twijfelgevallen in een aparte zak moeten.
Fien en ik hebben gisteren als cadeautje elk 2 kleedjes gekregen. We hebben die op de computer besteld en we zijn die gisteren gaan halen. En ik heb er nu één aan. Gisteren heb ik ook cola gedronken maar zonder prik want dat helpt tegen ziek zijn.
Marijke: vroeger was cola een medicijn.
Ska: hoe doen ze dat?
Jitse: ik heb zelf al eens een drankje gemaakt en dat smaakte net naar cola maar niet echt het was meer naar colasnoepjes.
Ik heb gisteren ook op de computer spelletjes mogen spelen van mijn papa. Dat was vooral over dieren.
Eén keer heb ik een spelletje gespeeld en dat was wel een moeilijke. Je moest de temperatuur van een diertje naar beneden krijgen want die was ziek.
HARAH
Van de middag ga ik er niet zijn omdat ik naar de tandarts moet.
Ik heb ook potjes mee maar die liggen in de gang.
Marijke: Ga ze even halen dan kunnen we ze sorteren.
Ijsdoos: doosje
doosje van fruit: doosje? Of schaaltje? Weer een twijfelgevalletje erbij.
Ijsdoos: doosje
MIRTE
Ik heb een boek mee. 'Daantje gaat naar school'
Er staat een grappig prentje in.
Wijst naar de hond.
Marijke: Waarom is die grappig?
Omdat die gek doet.
Marieke: Ik heb ook boeken die over mijn zus gaan.
Jitse: Heb jij wel echt een hond?
Elias: waar koop je dat boek?
In de winkel.
THOR
Ik ga vanavond bij mijn boma blijven slapen en dan morgen in de voormiddag vertrek ik met de mobilehome en we gaan daar 3 nachtjes in slapen. Daarna ga ik nog 1 nachtje bij boma slapen.
Mama en papa gaan met het vliegtuig.
Lotte: Gaan uw broers ook mee?
Thor knikt 'ja'.
Marijke: Naar waar gaan uw mama en papa?
Thor: Dat weet ik niet meer.
...
Elias: mijn mama en papa zijn eens naar New York geweest. Toen moesten ze ook ver met het vliegtuig.
JESSE
Ik heb potjes bij of doosjes.
We sorteren weer maar... het lukt altijd maar minder en minder goed.
Marijke: Mannen, zijn we hier wel zeker van wat we aan het doen zijn?
Ska: Op de computer opzoeken.
Marijke: zijn er nog andere manieren?
Elias: In boeken.
Marijke in boeken oké maar welke boeken?
Abi en Mirte: Over potjes en doosjes.
Arthuur: Woordenboek.
Thor en Ska nemen een woordenboek.
Marijke: Hoe moet je nu zoeken in zo een woordenboek?
Ska: Eerste zoeken naar waar je de letters kan vinden. De woorden staan in de volgorde van het alfabet. Als je een woordje met de d moet hebben dan vind je dat woordje meer vooraan in het boek want de d staat meer van voor in het alfabet.
Ska zoekt doos en Thor zoekt pot.
De 2 woordjes staan niet in ons woordenboek.
Marijke zoekt op het internet en drukt het straks af zodat er kinderen kunnen lezen wat het betekent.
ZOË
Ik heb een rare plakker. Vanbinnen zit daar een rondje in.
Harah: ik heb ook een rare plakker, dat is voor littekens.
Omdat er hier zo een stekeltje in mijn voet zat.
Thor: ik heb een litteken van als ik baby was. Ik was in glas gevallen. Ik heb nooit gekropen.
Elias: ik heb eens een litteken gekregen omdat Oliver me pijn had gedaan maar ik was niet hard aan het wenen.
Charlotte: ik ben gisteren in een stekelbol getrapt want ik had mijn mama haar sloefen aan.
We gaan onze pakketten afwerken.
Lotte: temperatuur opnemen.
maandag 14 mei 2012
Kring maandag, 14 mei 2012
Leider: Jesse
Verslag: Elias
COLIN
Ik heb een vrije tekst gemaakt van een boef en monsters.
Tekst:
Er was eens een dief in de wolk.
Er waren nog andere wezens in de wolk.
Een van de auto's reed naar de wezens.
Een van de wezens had heel veel armen.
Tekst:
In de nacht was er een mens en in de nacht verandert in een monster.
Vertellen:
Colin: Ik ben eergisteren naar het café geweest en ik ben ook gisteren bij Jesse geweest.
Eergisteren bij het café heb ik een cadeautje gekregen. Een monstertruck met 6 wielen die kan ronddraaien en die kan ook vooruit.
Ik heb bij Jesse ook pannekoeken gegeten.
Jesse: ik heb een bmx gekregen.
Colin: Jesse heeft ook een nieuwe bal gekregen.
ABI
Ik heb een nieuwsbericht bij over koeien.
Die koeien zijn doodgereden in Rusland.
Marijke: Waar is Rusland?
Zoë: Nederland.
Elias: Finland.
Marijke: Nee, Rusland is Rusland en Nederland is Nederland en Finland is Finland.
Wie wil het gaan zoeken?
Thor en Ska gaan Rusland zoeken.
Abi leest voor:
In Rusland is er een camionette tegen de koeien gereden. 1 koe was dood en 5 koeien zijn gewond geraakt.
SKA
Ik heb mij gisteren gesneden aan bamboe.
Dat piekt een beetje.
Gisteren was dat aan het bloeden.
Er is nog een velletje los.
Gisteren probeerde ik allemaal bloed eruit gekregen.
Mirte: Ik heb mij al eens gesneden met een groot mes.
Harah: Mijn zus heeft dat ook al eens gehad. Ze had een groot mes vast en ze wou tomaten snijden en dat was recht in haar vinger.
Elias: Hij had zo een bamboe gekrakt en toen was zijn vinger aan het bloeden.
Ska: Er hing zo een klein stukje aan en ik wou dat er aftrekken en toen was mijn vinger aan het bloeden.
Elias: Dat was wel heel erg aan het bloeden.
Ska: Bij Jesse hebben wij af de hooiberg gesprongen. Daar lag een strobaal en er lag stro en je kon dan vanaf die hoogste strobaal eraf springen. We hebben ook een beetje waterpistoolgevecht gedaan.
Jesse: Mijn groot waterpistool heb ik van Arthuur gekregen. Dat is een groot, groot waterpistool. je kan dat bijna niet meer vasthouden als dat vol water zit.
Jitse: Ik heb mij ook al eens gesneden op het schoolfeest heel laat. Ik wou een plakker van mijn hand trekken en ik trok mijn vel er af.
Elias: Dat is wel gevaarlijk van de hoogste strobaal naar beneden springen.
Ska: Dat is niet waar.
Elias: Als je ergens tegenspringt is dat wel gevaarlijk. Gelukkig dat jullie geen salto's hebben gemaakt.
Ska: We zijn tussen de gleuf naar boven gekropen. Als je rechtstaat op de hoogste baal dan kom je met je hoofd tegen het plafond.
HARAH
Ik was op het schoolfeest gebleven tot 10u.
Gisteren ben ik in Sint-Niklaas naar een park geweest. Je kon daar allemaal dingetjes doen. Er was ook een circus.
Gisteren heb ik mijn tand onder mijn kussen gelegd. Maar de tandenfee is nog niet gekomen want je moet een paar dagen wachten. In mijn tandendoosje zat hij in.
Elias: Dat is eigenlijk geen doos, dat is een pot. Dat is niet van plastiek.
Harah: Dat is van hout.
Marijke: Wat is het verschil tussen een doos en een pot?
Thor: Op een doos staat een deksel en op een pot niet.
Mirte: Jawel, op een kookpot staat een deksel.
WE BRENGEN DOZEN EN POTTEN MEE ZODAT WE KUNNEN GAAN INDELEN.
Wie gaat er een briefje maken om mee te geven naar huis?
Charlotte is vrijwilliger.
Marijke: Wat moet daar allemaal opstaan?
Potjes, tandendoosje, dozen,...
'Wij brengen dozen en potten mee'.
MIRTE
Ik was gisteren heel nat want een leidster van de chiro heeft mij met een waterballon helemaal nat gemaakt op mijn hoofd en dat was niet leuk en ik mocht dan in mijn hemdje spelen.
We hebben leuke spelletjes gedaan.
Als je gewonnen bent met een spel moest je propjes in je mouw steken. Hoe meer spelletjes je won hoe meer spierballen je hebt.
Ik mocht op een skatebord.
Marijke: Had jij de meeste spierballen?
Mirte: Nee, iemand anders.
JESSE
Ik heb een boek mee en die heb ik gisteren voor mijn verjaardag gekregen '100 vette activiteiten voor jongens'.
Marijke: Vette? Wat wil dat nu weer zeggen?
Mirte: Coole is dat.
Ska: Vet kan cool zijn of dik.
Lian: Vet van een dier.
Elias: 't Is wel een vies woord. Vetzak.
Marijke: Allez, laat mij die vette activiteiten eens zien.
Jesse: Ik moest hier 2 dinosaurussen bijplakken. Dit gaat over insecten, hier staat zoiets zodat je kan tekenen. Dat is een sjabloon. Dit gaat over spelletjes en sport. Gereedschap en tractors. En dat is het einde.
Ska: de tarantulla vond ik het beestigste.
Ik heb nog een boekje. Dit heb ik van mijn mama gekregen.
Julie: Wat staat er op?
Elias: Verborgen dieren.
Harah: Dat de dieren weggestopt zijn;
Ska: Dat de dieren eigenlijk gewoon, vb. een kameleon staat er misschien ook in en dat zie je niet zo goed.
Thor: Een kameleon kan verkleuren.
Mirte: Ja die kunnen verkleuren. Als die een kleur zien dan kunnen die veranderen in die kleur en dan zien de mensen die niet.
Ska: De mensen kunnen die wel zien maar niet meer zo goed.
Harah: Dat is camoufleren.
Lotte: camouflage.
Marijke: Kunnen wij ons camoufleren.
Ska: door ons te schminken
Mirte: door ons te verkleden.
Harah: ik denk dat dat voor de vijanden is. Dan kunnen ze zich verstoppen.
Elias: Eigenlijk heeft Harah gelijk. Ze doen dat niet direct zo van kleur veranderen. Als ze een vijand zien dan zoeken ze snel iets zodat ze zich kunnen camoufleren.
Marijke: Is dat iets wat wij kunnen doen?
HIER DENKEN WE DEZE MIDDAG EENS VERDER OVER NA.
Jesse: hier zitten allemaal visjes achter de inktvis.
Ska: een octopus.
Elias: Wat is het verschil tussen een inktvis en een octopus?
Thor: een inktvis spuit inkt en een octopus niet.
Julie: Is dat het enige?
Jitse: inktvis kan je eten.
Elias: een octopus kan je ook van eten.
Mirte: een octopus is denk ik kleiner.
Ska: de inktvis heeft meer tentakels. Da zijn die dingen.
Elias: Poten.
Ska: Ja poten maar dat noemen ze tentakels. Die heeft zuignappen aan die tentakels.
Arthuur: de octopus heet octopus en de inktvis heet inktvis.
Elias: Ik denk dat een inktvis 11 poten heeft en een octopus 8.
WE GAAN OP ONDERZOEK NAAR HET VERSCHIL TUSSEN EEN INKTVIS EN EEN OCTOPUS.
Verschil tussen poten, eetbaar of niet, inkt, groter/kleiner.
Jesse legt boek in de onderzoekshoek.
Abi hangt haar nieuwsronde op.
Colin hangt hangt zijn vrije teksten op.
Elias meet de temperatuur.
Charlotte schrijft een brief voor doosjes en potjes.
Ska en Thor zoeken Rusland op.
We zoeken boeken over inktvissen en octopussen.
We moeten ook een doos zoeken. Julie doet dit samen met Jitse en Mirte.
Verslag: Elias
COLIN
Ik heb een vrije tekst gemaakt van een boef en monsters.
Tekst:
Er was eens een dief in de wolk.
Er waren nog andere wezens in de wolk.
Een van de auto's reed naar de wezens.
Een van de wezens had heel veel armen.
Tekst:
In de nacht was er een mens en in de nacht verandert in een monster.
Vertellen:
Colin: Ik ben eergisteren naar het café geweest en ik ben ook gisteren bij Jesse geweest.
Eergisteren bij het café heb ik een cadeautje gekregen. Een monstertruck met 6 wielen die kan ronddraaien en die kan ook vooruit.
Ik heb bij Jesse ook pannekoeken gegeten.
Jesse: ik heb een bmx gekregen.
Colin: Jesse heeft ook een nieuwe bal gekregen.
ABI
Ik heb een nieuwsbericht bij over koeien.
Die koeien zijn doodgereden in Rusland.
Marijke: Waar is Rusland?
Zoë: Nederland.
Elias: Finland.
Marijke: Nee, Rusland is Rusland en Nederland is Nederland en Finland is Finland.
Wie wil het gaan zoeken?
Thor en Ska gaan Rusland zoeken.
Abi leest voor:
In Rusland is er een camionette tegen de koeien gereden. 1 koe was dood en 5 koeien zijn gewond geraakt.
SKA
Ik heb mij gisteren gesneden aan bamboe.
Dat piekt een beetje.
Gisteren was dat aan het bloeden.
Er is nog een velletje los.
Gisteren probeerde ik allemaal bloed eruit gekregen.
Mirte: Ik heb mij al eens gesneden met een groot mes.
Harah: Mijn zus heeft dat ook al eens gehad. Ze had een groot mes vast en ze wou tomaten snijden en dat was recht in haar vinger.
Elias: Hij had zo een bamboe gekrakt en toen was zijn vinger aan het bloeden.
Ska: Er hing zo een klein stukje aan en ik wou dat er aftrekken en toen was mijn vinger aan het bloeden.
Elias: Dat was wel heel erg aan het bloeden.
Ska: Bij Jesse hebben wij af de hooiberg gesprongen. Daar lag een strobaal en er lag stro en je kon dan vanaf die hoogste strobaal eraf springen. We hebben ook een beetje waterpistoolgevecht gedaan.
Jesse: Mijn groot waterpistool heb ik van Arthuur gekregen. Dat is een groot, groot waterpistool. je kan dat bijna niet meer vasthouden als dat vol water zit.
Jitse: Ik heb mij ook al eens gesneden op het schoolfeest heel laat. Ik wou een plakker van mijn hand trekken en ik trok mijn vel er af.
Elias: Dat is wel gevaarlijk van de hoogste strobaal naar beneden springen.
Ska: Dat is niet waar.
Elias: Als je ergens tegenspringt is dat wel gevaarlijk. Gelukkig dat jullie geen salto's hebben gemaakt.
Ska: We zijn tussen de gleuf naar boven gekropen. Als je rechtstaat op de hoogste baal dan kom je met je hoofd tegen het plafond.
HARAH
Ik was op het schoolfeest gebleven tot 10u.
Gisteren ben ik in Sint-Niklaas naar een park geweest. Je kon daar allemaal dingetjes doen. Er was ook een circus.
Gisteren heb ik mijn tand onder mijn kussen gelegd. Maar de tandenfee is nog niet gekomen want je moet een paar dagen wachten. In mijn tandendoosje zat hij in.
Elias: Dat is eigenlijk geen doos, dat is een pot. Dat is niet van plastiek.
Harah: Dat is van hout.
Marijke: Wat is het verschil tussen een doos en een pot?
Thor: Op een doos staat een deksel en op een pot niet.
Mirte: Jawel, op een kookpot staat een deksel.
WE BRENGEN DOZEN EN POTTEN MEE ZODAT WE KUNNEN GAAN INDELEN.
Wie gaat er een briefje maken om mee te geven naar huis?
Charlotte is vrijwilliger.
Marijke: Wat moet daar allemaal opstaan?
Potjes, tandendoosje, dozen,...
'Wij brengen dozen en potten mee'.
MIRTE
Ik was gisteren heel nat want een leidster van de chiro heeft mij met een waterballon helemaal nat gemaakt op mijn hoofd en dat was niet leuk en ik mocht dan in mijn hemdje spelen.
We hebben leuke spelletjes gedaan.
Als je gewonnen bent met een spel moest je propjes in je mouw steken. Hoe meer spelletjes je won hoe meer spierballen je hebt.
Ik mocht op een skatebord.
Marijke: Had jij de meeste spierballen?
Mirte: Nee, iemand anders.
JESSE
Ik heb een boek mee en die heb ik gisteren voor mijn verjaardag gekregen '100 vette activiteiten voor jongens'.
Marijke: Vette? Wat wil dat nu weer zeggen?
Mirte: Coole is dat.
Ska: Vet kan cool zijn of dik.
Lian: Vet van een dier.
Elias: 't Is wel een vies woord. Vetzak.
Marijke: Allez, laat mij die vette activiteiten eens zien.
Jesse: Ik moest hier 2 dinosaurussen bijplakken. Dit gaat over insecten, hier staat zoiets zodat je kan tekenen. Dat is een sjabloon. Dit gaat over spelletjes en sport. Gereedschap en tractors. En dat is het einde.
Ska: de tarantulla vond ik het beestigste.
Ik heb nog een boekje. Dit heb ik van mijn mama gekregen.
Julie: Wat staat er op?
Elias: Verborgen dieren.
Harah: Dat de dieren weggestopt zijn;
Ska: Dat de dieren eigenlijk gewoon, vb. een kameleon staat er misschien ook in en dat zie je niet zo goed.
Thor: Een kameleon kan verkleuren.
Mirte: Ja die kunnen verkleuren. Als die een kleur zien dan kunnen die veranderen in die kleur en dan zien de mensen die niet.
Ska: De mensen kunnen die wel zien maar niet meer zo goed.
Harah: Dat is camoufleren.
Lotte: camouflage.
Marijke: Kunnen wij ons camoufleren.
Ska: door ons te schminken
Mirte: door ons te verkleden.
Harah: ik denk dat dat voor de vijanden is. Dan kunnen ze zich verstoppen.
Elias: Eigenlijk heeft Harah gelijk. Ze doen dat niet direct zo van kleur veranderen. Als ze een vijand zien dan zoeken ze snel iets zodat ze zich kunnen camoufleren.
Marijke: Is dat iets wat wij kunnen doen?
HIER DENKEN WE DEZE MIDDAG EENS VERDER OVER NA.
Jesse: hier zitten allemaal visjes achter de inktvis.
Ska: een octopus.
Elias: Wat is het verschil tussen een inktvis en een octopus?
Thor: een inktvis spuit inkt en een octopus niet.
Julie: Is dat het enige?
Jitse: inktvis kan je eten.
Elias: een octopus kan je ook van eten.
Mirte: een octopus is denk ik kleiner.
Ska: de inktvis heeft meer tentakels. Da zijn die dingen.
Elias: Poten.
Ska: Ja poten maar dat noemen ze tentakels. Die heeft zuignappen aan die tentakels.
Arthuur: de octopus heet octopus en de inktvis heet inktvis.
Elias: Ik denk dat een inktvis 11 poten heeft en een octopus 8.
WE GAAN OP ONDERZOEK NAAR HET VERSCHIL TUSSEN EEN INKTVIS EN EEN OCTOPUS.
Verschil tussen poten, eetbaar of niet, inkt, groter/kleiner.
Jesse legt boek in de onderzoekshoek.
Abi hangt haar nieuwsronde op.
Colin hangt hangt zijn vrije teksten op.
Elias meet de temperatuur.
Charlotte schrijft een brief voor doosjes en potjes.
Ska en Thor zoeken Rusland op.
We zoeken boeken over inktvissen en octopussen.
We moeten ook een doos zoeken. Julie doet dit samen met Jitse en Mirte.
vrijdag 11 mei 2012
Week 37
Lieve
vlinders, papa’s en mama’s,
Wat
een drukke, leerzame, week hebben we achter de rug.
Maandag
ochtend was iedereen keurig op tijd om richting de luchthaven van Antwerpen te
vertrekken. Het was allemaal wat spannend of we om 9.30 uur op de luchthaven aanwezig
konden zijn om ons in te checken, maar ondanks de files ging het vrij vlot. We
hebben verschillende passagiers, vooral zakenmensen, zien inchecken en
vertrekken richting Londen. Ook wij moesten langs de douane om op de luchthaven
te komen. Hier hebben we verschillende helikopters, (sport)vliegtuigen zien
opstijgen en landen. Na enige uitleg over de verschillende vliegtuigen gekregen
te hebben, konden we een kijkje nemen in het sportvliegtuigje van Kurt, papa
van Zoë.
Vorige
week vrijdag is de papa van Jitse in de klas verschillende vliegtuigjes komen
vouwen. De verschillende afmetingen werden met liniaal berekend. De leerlingen
hebben gemerkt dat er zeer nauwkeurig gewerkt moest worden, anders draaiden oa.
de propellers van het helikoptertje niet. De vele jongens in de klas gingen de
uitdaging aan om een van de moeilijkste vliegtuigjes te vouwen. Iedereen heeft
zeer nauwkeurig gewerkt; dit viel op tijdens de vliegwedstrijd die gehouden
werd op het schoolplein.
Natuur
met Do re mi en de jaarlijkse natuurdag mocht ook niet ontbreken dit jaar.
Foto’s zijn te bewonderen in de klas tijdens en na de opendeurdag.
Verder
heb ik afgelopen week nieuwe dicteewoordjes meegegeven naar huis. Het eerste
leerjaar zal 9 woordjes en het tweede leerjaar 12 woordjes leren. Een van de
volgende weken wordt er een dicteetje met Marijke afgenomen. Na de opendeurdag
zullen we weer verder gaan met het leren van nieuwe hoofdletters en
schrijfletters. Samen met de kinderen van Trui is er de afgelopen weken
regelmatig gelezen. Het is heel belangrijk dat uw zoon/ dochter dagelijks het
leesboekje meeneemt naar school en ’s middags weer mee terugneemt naar huis om
te oefenen.
Dit
was mijn laatste berichtje en de laatste dag dat ik heb lesgegeven in jullie
klasje. Het was een zeer leerzame tijd en ik vond het erg leuk jullie allemaal
te hebben leren kennen. Zaterdag zal ik ook even op het schoolfeest aanwezig
zijn; we maken er dan een gezellig feestje van… en natuurlijk ons mooie
optreden niet te vergeten. Vlinders, jullie hebben het goed geheim gehouden.
Nog een nachtje slapen en de papa’s en mama’s mogen jullie bewonderen op het
podium.
Vlinders,
jullie zijn harde werkers! Hou zo vol...
Liefs
Rosanne
Abonneren op:
Posts (Atom)